Industrieel bouwen neemt een vlucht: de complete gevel rijdt zo de fabriek uit - en de vloer komt erachteraan
In dit artikel:
In Heerenveen draait een grote fabriek van Van Wijnen Components volle kracht huizen uit: wanden, vloeren en daken worden in een geoliede productielijn gemaakt, gewapend met robots en samengesteld door ongeveer zeventig mensen. Directeur Hilbrand Katsma zegt dat de fabriek nu zo’n duizend woningen per jaar produceert, maar dat capaciteit en personeel eenvoudig kunnen worden opgeschaald — met een tweede ploeg kan de output verdubbelen en in deze hal zelfs verviervoudigd worden. Het industriële proces reduceert de benodigde mankracht op de bouwlocatie fors en zorgt ervoor dat assemblage ter plaatse vaak in minder dan een dag gebeurt; van configuratie tot oplevering kan een woning binnen vijf maanden klaar zijn.
Het Nederlandse beleid wil juist meer industrieel bouwen: de ambitie is dat rond 2030 ongeveer de helft van de nieuwbouw fabrieksmatig wordt gemaakt, mede omdat er jaarlijks zo’n 100.000 woningen bij moeten komen. De fabriek in Heerenveen werkt met strakke toleranties (plaatsingsfouten van circa 1 mm worden nagestreefd), boutverbindingen zodat onderdelen later demontabel en herbruikbaar zijn, en eigen betonmengsels naast de hal om transport-CO2 te beperken. Van Wijnen rekent op rond 60 procent minder CO2-uitstoot vergeleken met traditioneel gestort beton, en verspilling wordt in de fabriek veel beter teruggewonnen.
Variatie in uiterlijk en indeling is geen dwingend bezwaar meer: gevels kunnen in kleur, reliëf en afwerking verschillen, er zijn 32 typemodellen en kopers kunnen woningen digitaal configureren. Van Wijnen levert paneel-achtige tweedimensionale onderdelen; andere producenten werken met volledig 3D-modules die als kant-en-klare cellen naar de bouwplaats komen. Van Wijnens productmix bestaat voor ongeveer 30 procent uit betaalbare koopwoningen en 70 procent uit betaalbare huur, met klanten zoals woningcorporaties. Woningen zijn zwaar geïsoleerd, voorzien van warmtepompen en luxe badkamers; bovendien werd recent voor 32 modellen typegoedkeuring verleend, wat procedures versnelt.
Belemmeringen blijven: veel bouwprojecten lopen vast door stikstofregels, juridische procedures of trage besluitvorming bij opdrachtgevers. Ook zijn veel ontwerpen nog niet geschikt voor massafabricage, waardoor ombouw en extra procedures nodig zijn. Experts pleiten ervoor ontwerpen te standaardiseren — vergelijkbaar met autoconfiguratie — zodat fabrikanten sneller kunnen leveren. BAM experimenteert met een omgekeerde aanbesteding waarbij opdrachtgevers zich inschrijven op wat de fabriek kan leveren, om mismatch tussen ontwerp en productie te voorkomen.
Ten slotte drijft personeelstekort de omslag. Fabriekswerk trekt andere profielen en is beter te begeleiden; in Heerenveen werken onder andere buitenlandse vakmensen en wordt ergonomie en werkomgeving actief gemanaged. Volgens betrokkenen is industrieel bouwen niet per se goedkoper in eerste aanleg, maar levert het hogere kwaliteit, minder improvisatie en een sneller schaalbaar antwoord op de woningcrisis.