Indiase econoom Rajan zag in 2005 de financiële crisis al aankomen, en vreest nu nieuwe problemen door lage rentes. 'Dat is bijna een ijzeren wet'
In dit artikel:
In 2025 waarschuwt Raghuram Rajan, hoogleraar aan de Universiteit van Chicago en ex‑voorzitter van de Reserve Bank of India, dat beleidsmakers steeds minder doen wat economen aanbevelen — en dat dit risico’s vergroot. Tijdens een interview in het gebouw van De Nederlandsche Bank schetst hij een beeld van overheden die vrijhandel beperken, begrotingstekorten laten oplopen, klimaatactie afbouwen en proberen centrale banken te beïnvloeden. Dat beleid staat haaks op wat Rajan en veel collega’s verstandig achten en kan financiële en maatschappelijke schade veroorzaken.
Rajan, bekend omdat hij in de jaren 2000 vroegtijdig voor een financiële crisis waarschuwde, signaleert nu opnieuw opbouwende risico’s: na een korte periode met hogere rentes dalen die weer, lenen wordt goedkoper en schulden en waarderingen stijgen. Hij wijst specifiek op hedgefondsen met hoge hefboomposities in Amerikaanse staatsobligaties en op omvangrijke leningfinanciering van AI‑infrastructuur — kwetsbaarheden die bij een tegenvallende opbrengst tot hoge volatiliteit kunnen leiden.
Hij uit vooral zorgen over de Verenigde Staten: een begrotingstekort rond 7% gecombineerd met politieke druk op de Fed om de rente te verlagen ondermijnt de macro‑stabiliteit. De recente benoeming van een vertrouweling uit het Witte Huis in het Fed‑bestuur (Stephen Miran) ziet hij als voorbeeld van belangenverstrengeling en van het afkalven van centrale bankonafhankelijkheid. Rajan waarschuwt dat instituties buigzaam zijn als de politiek vastbesloten is ze te beïnvloeden, en noemt voorbeelden uit Hongarije en Turkije waar inmenging inflatie aanwakkerde.
Ook de toenemende staatsinmenging in bedrijfsleven en protectionistische maatregelen baart hem zorgen. Hij vergelijkt de handelwijze van de regering‑Trump met periodes in het Indiase verleden waarin protectionisme tot vriendjespolitiek en corruptie leidde. De mix van beleidsinterventies en het mengen van private belangen met publieke functies vermindert volgens hem de dynamiek van ondernemerschap.
Tegelijk wijst Rajan op de tegenbeweging in India: het land groeit rond 6–6,5% en kan binnen enkele jaren de derde economie worden, maar dat tempo is onvoldoende om de doelstelling van een upper‑middle‑income samenleving vóór 2047 te bereiken. Voor structurele armoedebestrijding en betere gezondheidszorg is naar zijn inschatting circa 8% groei nodig. Zijn advies: India moet niet simpelweg een tweede China willen zijn, maar inzetten op dienstenexport, digitale en medische diensten op afstand en op urbanisatiegedreven binnenlandse diensten en vakmanschap — een pad dat ook relatief milieuvriendelijker kan zijn.
Over klimaat zegt Rajan dat economische ontwikkeling niet los te zien is van milieu; hij werkte aan een voorstel voor een rechtvaardige, per hoofd‑basis verdeling van emissieruimte. De gevolgen van klimaatverandering zijn volgens hem al tastbaar in Zuid‑Azië: extreme hitte, stijgende natteboltemperaturen en verwoestende overstromingen zoals in Pakistan wijzen op grote economische en humanitaire risico’s, vooral voor arme landen.
Kort samengevat: Rajan ziet anno 2025 een gevaarlijke combinatie van hernieuwde kredietopbouw, politiek gekleurde inmenging in monetaire instituties, protectionistische neigingen en verflauwend klimaatbeleid — factoren die samen de kans op financiële instabiliteit en langdurige economische schade vergroten.