In de voorzorgcirkel beloven buren elkaar te helpen. 'Elkaars steunkousen aantrekken? Dat weten we nog niet'

maandag, 27 oktober 2025 (13:49) - Trouw

In dit artikel:

In Elst is een burennetwerk ontstaan waarin bewoners elkaar structureel bijstaan bij praktische en sociale zaken: van heg snoeien en ritjes naar het ziekenhuis tot samen eten en steun na een overlijden. Het initiatief — een zogenaamde voorzorgcirkel — werd in de buurt Elzepas opgestart door Frans (overleden afgelopen zomer) en wordt nu door zijn weduwe Emmy Kosters (77) en andere buren voortgezet. Kosters vertelt dat de steun van buren haar hielp om weer onder de mensen te komen en praktisch te worden bijgestaan na de begrafenis.

Het idee van de voorzorgcirkel komt van Henk Geene (80), die in 2021 een handboek publiceerde. Hij ziet het als een eigentijdse versie van het traditionele noaberschap: een lokaal vangnet dat inspeelt op de realiteit dat ouderen langer thuis wonen, mantelzorgers druk zijn en professionele zorg door vergrijzing en personeelstekorten niet vanzelfsprekend zal blijven. Daarom pleit Geene voor netwerken die ook kleine zorghandelingen kunnen verrichten — bijvoorbeeld oogdruppels toedienen of helpen met steunkousen — al is onduidelijk of en in hoeverre buurtbewoners daartoe bereid zijn.

In de Elzepas wonen nu negentien deelnemers; ze hebben een appgroep en organiseren regelmatig sociale bijeenkomsten zoals high tea’s of barbecues. De aanpak wordt ondersteund door zorgverzekeraars: begin 2024 begonnen VGZ en later Zilveren Kruis met subsidieprogramma’s, waarna projectleiders werden aangesteld om bewoners te helpen bij het opzetten van cirkels. Daarbij is het streven een mix van ongeveer tien tot vijftien mensen in één straat of gebouw te vormen, met een ‘verbinder’ die vraag en aanbod koppelt en duidelijke afspraken vastlegt — het is volgens betrokkenen geen vrijblijvende club.

Landelijk groeit het aantal voorzorgcirkels snel; er bestaan inmiddels zo’n vijfhonderd groepen. Voorstanders benadrukken de sociale meerwaarde en de praktische hulp die isolement en overbelasting van formele zorg kan verminderen. Tegelijk wijzen zij op grenzen: niet iedereen wil medische taken uitvoeren en heldere afspraken en respect voor persoonlijke grenzen blijven essentieel. In sommige dorpen, zoals Grolloo in Drenthe, nemen bewoners al veel van de zorg- en welzijnsorganisatie zelf ter hand, wat laat zien dat zulke netwerken ook in meer rurale gebieden aan bod komen.