In 1931 schreef Pierre Drieu la Rochelle een roman over zelfmoord. Later volgde hij het voorbeeld van de hoofdpersoon
In dit artikel:
Pierre Drieu la Rochelle’s roman *Dwaallicht* uit 1931 schetst een intens portret van Alain, een drugsverslaafde die uiteindelijk zelfmoord pleegt. Het verhaal vangt aan met Alain net ontsnapt uit een sanatorium, gevolgd door een dag en nacht waarin zijn worsteling met verslaving, existentiële leegte en het onvermogen een plaats in de samenleving te vinden centraal staan. Alain’s zelfmoord vormt het onvermijdelijke slot, waarbij de roman onderzoekt waarom zo’n extreme daad voor hem noodzakelijk lijkt.
De roman plaatst zelfdoding niet louter als een filosofisch vraagstuk, maar als een literair en esthetisch dilemma: het is de wens om het leven eerder en op eigen voorwaarden te beëindigen, en daarmee het eigen bestaan op een tragisch mooie wijze te overstijgen. Dit maakt identificatie met de hoofdpersoon complex, terwijl het fictieve universum geheel in het teken staat van het verklaren van deze daad.
Psychologisch wordt Alain’s situatie verklaard door zijn gebrek aan zelfvertrouwen en zinloosheid in een materialistische maatschappij die volgens de roman ‘de dingen niet meer kan bezielen’. Zijn ontmoeting met zijn jeugdvriend Dubourg laat een reflectie zien over de inbedding van persoonlijke ellende in bredere sociale en historische contexten. Alain’s nihilisme en apathie echoën de ontgoocheling van een generatie die getroffen werd door de Eerste Wereldoorlog, een achtergrond die ook verbonden kan worden met de politieke wending van Drieu zelf, die zich later tot het fascisme wendde en in 1945 zelfmoord pleegde.
*Dwaallicht* is mede vanwege deze thematiek een intrigerend werk gebleven en inspireerde diverse verfilmingen: Louis Malle’s zwart-witfilm (1963) maakte Alain’s lot menselijker en begrijpelijker; Rainer Werner Fassbinder’s adaptatie (1978) bracht een radicale transformatie door het verhaal te koppelen aan genderidentiteit en sociale eenzaamheid in een postwar Duitsland; en Joachim Trier’s *Oslo, August 31st.* (2011) vertaalde het verhaal naar een modern, Noord-Europees kader, waarin de worsteling met herstel en hoop zowel persoonlijk als universeel klinkt.
Het werk biedt zo een gelaagde blik op de donkere kanten van het bestaan, verpakt in een narratief dat zowel tijdloos als actueel blijft. Zelfmoord wordt niet geïdealiseerd, maar als een diep menselijk en maatschappelijk fenomeen gepresenteerd, waar literatuur en film betekenis aan geven binnen verschillende historische en culturele contexten.