Illustere Haagse voorgangers van Sem Steijn in Oranje: 'Koude rillingen van top tot teen'

In dit artikel:

Feyenoord-aanvoerder Sem Steijn (23) zat tegen Polen op de tribune maar maakt mogelijk zondagavond in Litouwen zijn debuut voor Oranje. Als dat gebeurt, voegt hij zich bij een lange reeks opmerkelijke Hagenaars die het Nederlands elftal haalden.

Rens Vis (de jaren 1920) is misschien het meest kleurrijke voorbeeld: de aanvaller debuteerde in 1926 tegen Duitsland en stond bekend om zijn aversie tegen auto’s; vaker dan niet kwam hij te paard naar trainingen en wedstrijden op De Diepput. Beb Bakhuys uit de jaren ’30 maakte naam als doelpuntenmachine (28 treffers in 23 interlands) en gaf zijn naam aan de typerende ‘vliegende kopbal’ die hij in 1934 introduceerde tijdens een duel met België.

John Dusbaba, verbonden aan buurtclub Ons Doel Bereikt (ODB), speelde vier keer voor Oranje maar gaf later een WK-kans in 1978 zelf af — een beslissing waar hij zich nog altijd zorgen over maakt. Henk Houwaart debuteerde op 16 april 1969 in de Kuip tegen Tsjecho-Slowakije (2-0) en herinnerde zich van dat moment de enorme emotie bij het Wilhelmus en de trots die Den Haag toen toonde; het duel werd volgens hem ook versterkt door de bijzondere akoestiek van het stadion.

Het meest recente en wereldwijde spektakel leverde doelman Tim Krul: tijdens het WK 2014 in Brazilië werd hij in de kwartfinale tegen Costa Rica kort voor het einde ingebracht en stopte hij in de strafschoppenserie twee penalties, waardoor Oranje de halve finale bereikte. Krul, afkomstig uit HVV RAS, sprak later vaak over de psychologische spelletjes en een dosis Haagse bravoure die hem hielpen.

De Haagse bijdrage aan Oranje is breed: van historische kopstukken zoals Harry Denis (veel interlands) tot hedendaagse namen als Nathan Aké, Daryl Janmaat en Eljero Elia. De stad leverde spelers uit verenigingen als HBS, ADO, HVV en HBS, en blijft met talenten als Steijn mogelijk nieuwe hoofdstukken aan die traditie toevoegen.