"Ik had nooit gedacht dat ik economische missies zou overnemen, nooit, nooit, nooit": prinses Astrid openhartig in exclusief gesprek met VRT NWS
In dit artikel:
Prinses Astrid vertrekt binnenkort voor een zesdaagse economische missie naar Californië, waarbij zij ongeveer 500 Belgische deelnemers zal begeleiden. Doel van de reis is bedrijven nieuwe zakencontacten te bezorgen en de handel met de Verenigde Staten een impuls te geven in een periode van handelsonzekerheid onder president Trump. De missie concentreert zich op Californië: ontmoetingen met gouverneur Gavin Newsom en de burgemeesters van Los Angeles en San Francisco staan op het programma. Astrid benadrukt dat de boodschap helder is: België komt om handel te doen, los van de politieke tegenstellingen, en wil tegelijk tonen dat het opnieuw een betrouwbare NAVO‑bondgenoot is.
De missie past in een traditie waarbij leden van het koningshuis handelsmissies leiden; haar vader, koning Albert II, deed dat jarenlang en kroonprins Filip nam de fakkel over vóór hij koning werd. Astrid kreeg in 2013 onverwacht het verzoek van toenmalig premier Elio Di Rupo om die rol op zich te nemen. Ze was aanvankelijk terughoudend — “Ik praat niet graag over mezelf” — maar zette toch een nieuw traject uit en leidde sindsdien 23 missies naar alle continenten. Haar aanpak werd in het begin door sommigen als een verrassing gezien; ze voelde zich aanvankelijk een debutante, maar kreeg snel steun van ministers, ondernemers en het agentschap dat de reizen organiseert.
De missie naar Californië komt op een gevoelig moment: handelsconflicten en tarieven hebben de wereldhandel verstoord. Astrid verwijst naar een akkoord dat half juli tijdens bijeenkomsten in Schotland werd bereikt om een verdere escalatie te vermijden, maar noemt dat waarschijnlijk eerder een tijdelijke verzoening. Ondanks die onzekerheid is de deelname aan de missie groot — met zo’n 500 ingeschreven bedrijven behoort het tot de ‘top‑missies’. Bedrijven zien in de delegaties een effectief promotiemiddel: directe contacten met buitenlandse bedrijven en overheden, positieve tevredenheidsscores en vaak vervolgopdrachten na de missie (volgens haar signalen volgen er gemiddeld meerdere contracten per getekend akkoord ter plaatse).
Prinses Astrid beschrijft de missie als een intens, maar collegiaal en effectief gebeuren. Ze bereidt zich grondig voor met tientallen gesprekken en bedrijfsbezoeken; voor Californië alleen al staan 17 voorbereidende contacten gepland. Naast handelsbevordering biedt de delegatie ook een platform om problemen op te lossen, bijvoorbeeld commerciële geschillen ter plaatse, wat haar voldoening geeft. De missie functioneert ook als ‘intranet’ voor Belgische deelnemers: netwerkmomenten versterken nationale samenhang en maken lokale follow‑ups makkelijker.
Persoonlijk verhaal: Astrid begon deze nieuwe publieke rol op haar 51ste, nadat ze jarenlang vooral gefocust was op gezin en humanitair werk (onder meer Rode Kruis, aidsbestrijding, Special Olympics). Ze ziet de missies als een intellectuele en professionele tweede carrière die haar veel energie en leermomenten brengt. Haar vader gaf haar eenvoudige adviezen — kent mensen bij naam en maak geen stommiteiten — die ze probeert te volgen. De titel van prinses opent deuren, maar Astrid zegt vooral te handelen vanuit plichtsbesef: “we dienen ons land.” Thuis combineert ze inzet voor België met het gezin; haar vijf kinderen en vier kleinkinderen blijven een belangrijke hoeksteen.
Politiek gevoeligheid rondom het agentschap dat de missies organiseert kwam ter sprake tijdens regeringsonderhandelingen; nieuwbakken ministers zoals Theo Francken raakten uiteindelijk overtuigd van het nut, mede na toelichting door Bart De Wever over het netwerk en het economische belang. Voor de missie naar Californië betekent dat Astrid opnieuw het voortouw neemt: zij wil handel genereren, vertrouwen bekrachtigen en Belgische bedrijven kansen aanbieden in een van de belangrijkste staten van de VS.