"Ik ging niet bij special forces om kleuters dood te schieten": Brits leger verdoezelde executies van burgers in Afghanistan, zegt klokkenluider

In dit artikel:

Een voormalige hoge Britse officier (anoniem als N1466) zegt in een recent vrijgegeven onderzoek dat leden van Britse speciale eenheden in Afghanistan mogelijk oorlogsmisdaden hebben begaan en dat de legerleiding daarvan op de hoogte was maar niet ingreep. De kwestie kwam aan het licht na een BBC-documentaire eerder dit jaar, waarin circa 30 veteranen getuigen dat SAS-troepen en het vergelijkbare mariniersregiment ongewapende Afghanen hebben gedood; de documentaire noemde aanvankelijk 54 verdachte sterfgevallen.

N1466, die vroeger assistent-stafchef voor operaties bij de special forces was, verklaarde achter gesloten deuren dat het om doelbewuste executies ging, soms na terugbrengen van gevangenen en onder het voorwendsel dat zij zich verzet hadden. Hij verwees onder meer naar een nachtelijke SAS-raid in 2012 waarbij kinderen van het Afghaanse echtpaar Hussain Uzbakzai en Ruqquia Haleem volgens de stukken in hun bed zouden zijn gedood. "Ik ben niet bij de special forces gegaan om kleuters in hun bed dood te schieten," zei de klokkenluider, en hij stelde dat de praktijken "niets met elite te maken hebben".

Volgens zijn verklaring zou een reeks raids tussen circa 2011 en 2013 hebben geleid tot ongeveer 80 doden en zou er een bewuste beslissing zijn genomen om meldingen en onderzoeken te vermijden. De Britse militaire politie voerde meerdere onderzoeken uit, maar vond naar eigen zeggen onvoldoende bewijslast voor vervolging. Het ministerie van Defensie heeft het interne onderzoek opdracht gegeven en zegt de conclusies te steunen, maar wil eerst de volledige rapportage bestuderen alvorens inhoudelijk te reageren.

De onthullingen roepen opnieuw vragen op over verantwoording van Britse troepen tijdens de Afghanistan-oorlog en over of en hoe leidinggevenden misstanden hebben gesmoord.