'Ik dacht dat ik dement werd', flink meer vrouwen aan de hormonen tegen overgangsklachten
In dit artikel:
In het afgelopen jaar is het gebruik van hormoonmedicatie tegen overgangsklachten met ongeveer 40 procent toegenomen, blijkt uit cijfers van Stichting Farmaceutische Kengetallen die NOS-podcast De Dag opvroeg. Vorig jaar slikten zo'n 130.000 vrouwen tussen 40 en 60 jaar (ongeveer één op de twintig) deze middelen, een flinke stijging sinds 2023. De omslag volgt deels op een aanpassing van de huisartsenrichtlijn in 2022, die het beeld veranderde dat hormoontherapie een verhoogd kankerrisico zou geven, waardoor huisartsen er vaker toe overgaan het voor te schrijven.
Gynaecoloog Femi Janse ziet de stijging als logisch: de menopauze krijgt meer aandacht, vrouwen melden klachten eerder en huisartsen behandelen ze vaker. Zij benadrukt dat hormoontherapie effectief is bij ernstige opvliegers en nachtzweten, maar maatwerk blijft; naast medicatie spelen ook voeding en leefstijl een rol. De toegenomen behandeling voorkomt onnodig doorverwijzen naar overbelaste menopauzepoli’s, aldus Janse en betrokken huisartsen.
Persoonlijk voorbeeld: HR-consultant Anouk Potman (41) kampte met slecht slapen, geheugenproblemen en een "wollig" hoofd. Na uitsluiting van andere oorzaken startte haar huisarts Margrita Slagter hormoonmedicatie, waarna haar klachten aanzienlijk verbeterden. Dat illustreert hoe erkenning en diagnostisch handelen door de huisarts verschil kunnen maken.
De terughoudendheid van vroeger heeft volgens experts wortels in een grote studie van meer dan twintig jaar geleden (gericht op oudere vrouwen en andere medicatie), die verkeerd werd geïnterpreteerd en een langdurige angst veroorzaakte. Hoewel de praktijk verandert, waarschuwen artsen dat niet alle huisartsen al even goed op de hoogte zijn en dat nascholing nodig blijft. Belangrijkste boodschap: herkennen en serieus nemen van klachten is cruciaal; of medicatie geschikt is, bepaalt de arts in samenspraak met de vrouw.