IJshockeyers VS voor het eerst sinds 1933 weer wereldkampioen

In dit artikel:

De Verenigde Staten hebben voor het eerst sinds 1933 het wereldkampioenschap ijshockey gewonnen door in Stockholm Zwitserland met 1-0 te verslaan. Deze overwinning betekent hun derde WK-titel, inclusief de Olympische gouden plak van 1960 die ook als WK-titel wordt meegeteld. De Amerikaanse ploeg had tijdens de wedstrijd het overwicht, maar werd voortdurend tegengehouden door de uitstekende Zwitserse doelman Leonardo Genoni. In de tweede periode faalde ook een shoot-outpoging van Conor Garland.

De beslissing viel pas na ruim twee minuten in de verlenging, toen Tage Thompson de winnende treffer maakte en zo de held van de avond werd. Voor Zwitserland was het een teleurstelling: het land stond voor de vijfde keer in de WK-finale, maar moest opnieuw genoegen nemen met een tweede plaats, waardoor ze hun finaleflaterserie voortzetten.

Het brons ging naar Zweden, dat in de troostfinale met 6-2 te sterk was voor Denemarken. De Denen hadden tijdens het toernooi voor een grote verrassing gezorgd door het machtige Canada, dat 28 keer wereldkampioen werd, uit te schakelen in de kwartfinales. Zweden plaatste zich voor de finale door titelverdediger Tsjechië met 5-2 te verslaan. Het toernooi kende zo meerdere onverwachte wendingen en bevestigde de groei van ijshockeycompetitie in landen buiten de traditionele grootmachten.