Houthi-rechtbank in Jemen veroordeelt 17 mensen tot doodstraf voor spionage
In dit artikel:
In Sanaa heeft een door de Houthi-beweging beheerde rechtbank zeventien mensen ter dood veroordeeld wegens spionage; twee anderen kregen tien jaar cel en één verdachte werd vrijgesproken. De rechtbank stelt dat de verdachten tussen 2024 en 2025 informatie aan vijandige landen — volgens Houthi-bronnen het Verenigd Koninkrijk, de VS en Israël (Mossad) — hebben doorgespeeld over onder meer locaties van staatsleiders en raketten. Staatsmedia melden dat sommige verdachten voorzien zouden zijn van communicatiemateriaal en gps-apparatuur en waren getraind in verborgen camera’s, maar openbaar bewijs voor die beweringen is niet gepresenteerd.
De Houthi’s, sinds hun opstand van 2014 de macht in het noorden en in Sanaa controlerend, maken deel uit van de door Iran gesteunde “as van het verzet” en tonen geregeld steun aan Hamas; zij voerden recent ook aanvallen op scheepvaart in de Rode Zee uit. Volgens het Houthi-staatspersbureau worden de veroordeelden door een vuurpeloton op een openbare plaats terechtgesteld om afschrikking te bereiken. De uitspraak staat open voor hoger beroep.
Internationale mensenrechtenorganisaties spreken al langer hun zorg uit over Houthi-rechtszaken. Amnesty International registreerde sinds 2015 zestig gevallen van doodvonnissen tegen journalisten, activisten, regimecritici en religieuze minderheden, die de organisatie bestempelt als oneerlijke processen met gefabriceerde spionagebeschuldigingen. Eerder werden ook al journalisten ter dood veroordeeld, en in augustus werden twintig VN-medewerkers kort gearresteerd op verdenking van spionage maar later vrijgelaten. De huidige zaak past in die patroon van beschuldigingen en veroordelingen waarvan de waarnemers zeggen dat ze vaak zonder onafhankelijk, openbaar gemaakt bewijs plaatsvinden.