Horecabaas (35) leeft van 1000 euro per maand door coronaschulden: Kartel verwoest kleine ondernemers - stem vandaag tegen dit failliet!
In dit artikel:
Op de dag van de verkiezingen (29 oktober 2025) schetst het artikel een somber beeld van de Nederlandse kleine ondernemers: veel van hen komen niet meer rond en sluiten hun deuren, terwijl zij volgens de schrijver worden opgeofferd door politiek en beleid. Als concreet voorbeeld wordt Kjeld Keetbaas (35) uit Purmerend aangehaald: hij runt een eetcafé, betaalt zijn personeel vaker meer dan zichzelf, keert zichzelf nog rond €1.000 per maand uit en zegt jaarlijks €30.000–€50.000 af te lossen aan coronaschulden. Hij kondigt sluiting en verkoop van de zaak aan in de hoop ooit schuldenvrij opnieuw te kunnen beginnen.
Onderbouwing in het artikel komt vooral uit de nieuwste Kleinbedrijf Index (ONL, Qredits, Hogeschool Utrecht) en uit KvK-cijfers. Die bronnen laten volgens het stuk zien dat steeds meer ondernemers stoppen; omzet kan stijgen, maar nettowinst verdampt door oplopende kosten: hogere lonen, zware werkgeverslasten (het artikel noemt 30–40% extra naar de staat) en hoge energieprijzen. Bijna een kwart van het mkb zou een negatief eigen vermogen hebben. Ook ontbreken vaak de zekerheden die grootbanken vragen: slechts één op de zeven ondernemers bezit het eigen pand, waardoor kredietverlening en rekening-courantfaciliteiten uitblijven. Lector Lex van Teeffelen wordt geciteerd met de stelling dat wie geen modaal inkomen haalt vaak moet stoppen.
De kernklachten: starre instanties bij herfinanciering van coronaschulden, te hoge lasten en administratieve/klimaat-gerelateerde verplichtingen die vooral kleine bedrijven zwaar treffen, en marktstructuren waarin grotere spelers prijzen kunnen dicteren. Hierdoor zou groei worden gewisseld voor overleven; een derde van de kleine bedrijven wil uitbreiden maar loopt vast op kapitaaltekort. Concurrentie uit het buitenland en druk van ketens maken prijsverhogingen moeilijk.
Politieke lading: het artikel interpreteert deze economische situatie als gevolg van beleid en richt politieke oproepen aan kiesgerechtigden om niet op de gevestigde partijen (VVD, D66, GroenLinks–PvdA, CDA) te stemmen en verwijst naar een petitie tegen Frans Timmermans. PVV, FVD en BBB worden genoemd als partijen die volgens de schrijver voor “de echte economie” opkomen.
Kortom: het stuk gebruikt persoonlijke casussen, indexdata en KvK-statistieken om te betogen dat het Nederlandse mkb in 2025 onder druk staat door schulden, financieringsproblemen, kostenstijgingen en regelgeving, en verbindt die situatie expliciet aan politieke keuzes en oproepen aan kiezers.