Hoe succesvol is jonge aanplant op Nederlandse bodem?

dinsdag, 21 oktober 2025 (07:05) - NatureToday.nl

In dit artikel:

21 oktober 2025 — Binnen het LIFE-project Climate Forest worden jonge aanplantingen op proeflocaties nauwgezet gevolgd om te ontdekken welke boom- en struiksoorten op Nederlandse zandgronden toekomstbestendig zijn. Afgelopen seizoen plaatsten de Bosgroepen samen 950.000 bomen en struiken, maar veel jonge aanplant wordt in groepjes gezet omdat niet alle exemplaren de beginjaren overleven.

Wie en waar
Bosgroepen en Staatsbosbeheer werken samen in het demonstratieproject. De monitoring vindt plaats op drie voorbeeldbossen: in Hilvarenbeek (bosgebied ’t Stuk en Goirlesedijk), Alphen-Chaam (gemeentebossen Hilvarenbeek/Alphense bossen) en bij de abdijbossen rond Onze Lieve Vrouwe ter Duinen (gemeente Woensdrecht). Bosecologen van Bosgroep Zuid Nederland begeleiden studenten die volgens een vast monitoringsplan de aanplant jaarlijks inventariseren.

Wat en waarom
Doel is te toetsen welke soorten goed gedijen onder drogere, warmere omstandigheden en welke herkomsten betrouwbaar zijn. Omdat grove den en berk wijdverspreid en kwetsbaar zijn onder klimaatverandering, ligt de focus op loofboomsoorten die beter bestand zijn tegen hitte en droogte en in de winter minder water verdampen. In bepaalde proefpercelen zijn nieuw ingevoerde zaadbronnen gebruikt, onder andere zomereik, tamme kastanje, beuk, Noorse en gewone esdoorn; in andere percelen zijn uitheemse droogtebestendige soorten getest. Het project is primair een praktijkproef: alleen veldgegevens kunnen laten zien waar aanplant wel of niet werkt.

Hoe wordt gemonitord
Dit seizoen is het in principe het tweede groeiseizoen voor de proefpercelen en de gegevens worden jaarlijks verzameld. Studenten en medewerkers registreren overlevingspercentages van groepjes, hoogtegroei van de grootste boom in elk groepje, schadebeelden (zoals afgeknaagde toppen of windschade) en effecten van verschillende wildbeschermingsmaatregelen (bamboestokken, rasters van verschillende hoogte). Daarnaast voeren ze lichtmetingen uit: foto’s van het kroon­dek om te berekenen hoeveel licht de jonge aanplant ontvangt en hoeveel ruimte soorten nodig hebben. Met een dendrometer wordt het grondvlak van het bos gemeten (totaal stamdoorsnede-oppervlak), wat inzicht geeft in bosdichtheid en lichtbeschikbaarheid — belangrijke gegevens voor beheerbeslissingen zoals dunnen of het vrijstellen van toekomstbomen.

Belang en vervolg
Structurele, meerjarige monitoring is cruciaal omdat uitkomsten sterk kunnen variëren tussen droge en natte jaren. De verzamelde inzichten moeten praktijkgericht handvatten bieden aan bosbeheerders en eigenaren: welke soorten en herkomsten toevoegen, welke beschermingsmaatregelen effectief zijn en hoe beheerskeuzes bijdragen aan veerkrachtige bossen. Als demonstratieproject deelt LIFE Climate Forest de resultaten breed, zodat andere boseigenaren ook kunnen profiteren van de opgedane kennis.