Hoe overleef je als marketeer in het tijdperk van wokeness en cancelcultuur?
In dit artikel:
De column richt zich tot traditionele marketeers en betoogt dat de veranderde reactie op reclame niet vooral komt door een te gevoelige jongere generatie, maar door de komst van internet en social media. Waar campagnes vroeger binnen een beperkte doelgroep circuleerden, kunnen hedendaagse uitingen in enkele uren door miljoenen worden gezien en beoordeeld. Die digitale versterkerfunctie betekent dat marketeers niet alleen rekening hoeven te houden met hun primaire doelgroep, maar ook met hoe bredere groepen een boodschap interpreteren.
De schrijver stelt dat vrijheid van meningsuiting niet gelijkstaat aan vrijstelling van consequenties: je mag iets zeggen, maar je moet ook de impact accepteren. Kritiek via sociale media is vaak geen massale, onterechte heksenjacht maar een vorm van publieke feedback en accountability. Echte ‘cancelings’ — waarbij iemand of een merk definitief wordt weggevaagd — komen zelden voor; veel beroemdheden en merken herstellen of blijven zichtbaar, hoewel fouten wel kunnen leiden tot reputatieschade, omzetverlies of tijdelijk vertrouwenverlies. Grote gevallen van structureel wangedrag (zoals Harvey Weinstein of Thijs Römer) vormen volgens de columnist een andere categorie dan ongelukkige grappen of slechte smaak in reclames.
Praktische adviezen voor toekomstbestendige marketing die in de column aan bod komen:
- Vooruitdenken: evalueer vooraf wie mogelijk aanstoot kan nemen en waarom; humor en scherpe campagnes hoeven niet ten koste van groepen te gaan. Als je boodschap alleen werkt door anderen te beledigen, is dat vaak slechte marketing.
- Omgaan met kritiek: raak niet defensief; luister, erken fouten waar nodig en pas aan. Correct reageren kan vertrouwen en respect winnen.
- Wokeness als kans: maatschappelijke veranderende normen bieden ruimte voor verbetering — meer diversiteit, inclusie en representatie versterken op de lange termijn merktrouw. Merken die hier verstandig mee omgaan (de columnist noemt Ben & Jerry’s als voorbeeld) oogsten doorgaans loyale klanten.
De kernboodschap is dat er geen nieuw, alom verwoestend fenomeen van cancelcultuur heerst, maar dat marketeers moeten accepteren dat woorden en beelden nu veel verder reiken. In plaats van zich gediskwalificeerd te voelen door kritiek, is het nuttiger verantwoordelijkheid te nemen en communicatie bewust vorm te geven. De vraag die marketeers zich volgens de column moeten stellen is niet of ze iets nog mogen zeggen, maar wat een uitspraak zegt over het merk en welke gevolgen dat heeft in een verbonden publiek.