Het Hunebedcentrum in Borger is nog steeds jaloers op de vondst van het grafveld in Dalfsen uit 2015. 'Het was spectaculair'

In dit artikel:

Tien jaar geleden, in mei 2015, ontdekten archeologen in Dalfsen (Overijssel) het grootste grafveld van de hunebedbouwers uit Noordwest-Europa, een bijzondere vondst uit de periode van het Trechterbekervolk. Dit grafveld, gevonden tijdens voorbereidingen voor een nieuwbouwwijk, bleek volledig intact met complete grafheuvels, greppelachtige structuren en vrijwel onbeschadigde potten, wat uitzonderlijk is binnen de archeologie. Daarnaast werd een vierkantige structuur in de grond aangetroffen die mogelijk wijst op een bijgebouw of zelfs een boerderij, een zeldzame aanwijzing omdat nederzettingen uit die tijd in Drenthe tot nu toe niet bekend waren.

Het Hunebedcentrum in Borger, traditioneel het centrum voor kennis over hunebedden, kijkt met bewondering naar de Dalfsen-opgravingen en noemt het een “spectaculaire vondst” die Nederland unieke inzichten gaf. De afgelopen tien jaar heeft het onderzoek het beeld van hunebedden verrijkt: het zijn niet alleen graven, maar ook rituele ontmoetingsplaatsen voor gemeenschappen ter ere van hun voorouders. Dit heeft geleid tot aanpassingen in de tentoonstellingen in Borger, al bezit Overijssel momenteel de originele gevonden voorwerpen, wat tot enige jaloezie leidt.

Er is de hoop dat deze vondsten uiteindelijk permanent en op locatie tentoongesteld worden, hoewel de huidige vondsten nog in depots liggen. De wetenschap blijft gegrepen door de onvoorspelbaarheid van archeologisch onderzoek; bijzondere ontdekkingen zijn vaak toevallig, en de mogelijkheid bestaat dat ook in Drenthe nog dergelijke spectaculaire verblijven of grafvelden worden aangetroffen. De Dalfsen-vondst benadrukt het belang van zorgvuldig archeologisch onderzoek bij bouwprojecten en biedt nieuwe perspectieven op het leven en rituelen van het Trechterbekervolk.