Het feest is voorbij: NPO-deugneuzen trekken stekker uit Songfestivaldeelname omdat ze Israël haten
In dit artikel:
AvroTros heeft aangekondigd dat Nederland in 2026 niet meedoet aan het Eurovisie Songfestival omdat Israël aan het concours deelneemt. De omroep en de NPO verwijzen naar “publieke waarden” en noemen het menselijke leed in Gaza en personderdrukking als motieven voor hun besluit; AvroTros-directeur Taco Zimmerman verdedigt dit als trouw aan die waarden. Volgens het artikel betekent dit dat er geen Nederlandse inzending, geen selectie en zelfs geen uitzending van AvroTros komt.
De redactie presenteert het besluit als een sterke politisering van een cultureel evenement dat juist bedoeld is om landen door muziek te verbinden. De schrijver wijst erop dat andere Europese omroepen (onder meer Spanje, Slovenië en Ierland) zich volgens het stuk bij een soort boycot aansluiten, terwijl België nog twijfelt. De Europese omroepunie (EBU) daarentegen liet weten dat Israël in 2026 welkom is en neemt maatregelen om politieke inmenging te beperken — iets waar Nederland eerder zelf over klaagde — maar dat weerhoudt AvroTros er niet van haar koers te varen.
Publieke reacties in het artikel tonen teleurstelling: presentator en Songfestival-kenner Cornald Maas noemt het jammer en benadrukt dat cultuur bij uitstek verbindt. De auteur waarschuwt dat politieke afwegingen jonge artiesten de kans op een internationaal podium ontnemen en de Nederlandse positie in Europa isoleren. Er wordt teruggegrepen op het idee dat het Songfestival na de Tweede Wereldoorlog is opgericht om verdeeldheid te helen, en dat afwezigheid het tegenovergestelde effect heeft.
Kortom: AvroTros trekt uit morele overwegingen de stekker uit Nederland op het Songfestival van 2026, waardoor discussie losbarst over de grens tussen cultuur en politiek, de rol van publieke omroepen en de gevolgen voor Nederlandse artiesten.