Het Ajaxshirt is populair in Tanzania: 'Betekent voor mij dat je ook zonder veel geld groot kan zijn'
In dit artikel:
Tijdens zijn stage en afstudeeronderzoek in Dar es Salaam viel Youssef el Khattabi (22) iets op: overal in de grootste stad van Tanzania duiken Ajax-shirts op — op straat, op markten en bij kraampjes aan de haven. Zijn observatie leidde tot een zoektocht naar de verklaring voor die opvallende aanwezigheid.
In het drukke stadsbeeld van Uhuru Street, tussen dala dala-busjes, handelskraampjes en boda boda-motorers, verschijnt het rood-witte tenue geregeld. Op Karume, een grote tweedehandskledingmarkt, legt handelaar Athanas Justify uit dat Ajax-hemden constant verkopen. De shirts worden in containers aangevoerd: gedragen exemplaren uit Europa en nieuwe massa‑produkten uit Azië. Prijzen variëren van ongeveer 10.000 tot 25.000 Tanzaniaanse shilling (ongeveer 3,50–9 euro), waardoor ze betaalbaar zijn voor veel mensen. Soms zijn de shirts bijna ongebruikt, soms vervaagd na talloze wasbeurten; beide typen vinden in Dar es Salaam hun kopers.
Voor veel bewoners heeft het Ajax-shirt een symbolische betekenis. Jongeren en voetbalfans noemen vooral Ajax’ Champions League-campagne van 2019 als keerpunt: de Amsterdamse ploeg — jong, technisch en dapper — liet zien dat succes niet alleen met miljoenenbudgetten komt. Khalid (22) vertelt dat hij het shirt zorgvuldig draagt en dat die wedstrijden, toen cafés uitpuilden en iedereen verzamelde bij tv-schermen, belangrijk waren. Voor anderen is het ontwerp of de stijl van het spel de aantrekkingskracht: Ajax staat voor jeugd, lef en een herkenbare speelwijze die hier inspireert.
De populariteit van Ajax in Dar es Salaam hangt samen met bredere trends: de stad is historisch een doorvoerhaven en ontvangt grote stromen tweedehandskleding. Dat brengt discussie met zich mee. Enerzijds biedt de handel in gebruikte kleding inkomen voor duizenden – van marktlui tot winkeliers – en is het de goedkoopste manier voor veel mensen om zich te kleden. Anderzijds leidt de toestroom tot milieuproblemen en schaadt ze lokale textielmakers en katoenboeren; critici spreken van ‘afvalkolonialisme’. Beleidsmakers staan voor een lastige afweging: een verbod zou banen kosten en smokkel stimuleren, doorgaan ondermijnt de ontwikkeling van een eigen textielsector.
Voetbal zelf is in Dar es Salaam diep verankerd: clubduels van lokale grootmachten Simba en Yanga kleuren de stad en genereren inkomsten voor een hele keten aan ondernemers. Analist George Ambangile en sportjournalist John Jackson Makanzo benadrukken dat voetbal meer is dan sport; het is bron van identiteit, vreugde en geld. Ambangile ziet de fascinatie voor Europese competities als onderdeel van die cultuur, terwijl Makanzo benadrukt dat Ajax’ verhaal van 2019 nog steeds jonge spelers en fans in Tanzania inspireert.
Hoe lang Ajax die bijzondere positie houdt, is onzeker: andere grote clubs blijven aanwezig en nieuwe underdogs kunnen opduiken. Voorlopig vertelt de overvloed aan Ajax-shirts in Dar es Salaam zowel een verhaal over globale handelsstromen en lokale economieën als over de kracht van sportieve beelden die verder reiken dan stadionmuren.