Hangen we echt "boven de afgrond"? Komen er nieuwe belastingen? Dit moet je weten over moeilijkste begrotingsoefening in tijden
In dit artikel:
Ministers waarschuwen dat België voor een uitzonderlijk zware begrotingsoperatie staat: de federale regering zoekt de komende dagen, mogelijk het hele weekend, naar een akkoord om het groeiende tekort aan te pakken. Premier Bart De Wever (N-VA) leidt de onderhandelingen samen met zijn vicepremiers Jan Jambon (N-VA), Frank Vandenbroucke (Vooruit), David Clarinval (MR) en Maxime Prévot (Les Engagés). Vandenbroucke noemde dit één van de moeilijkste oefeningen uit zijn politieke carrière.
Waarom is dit zo moeilijk? Het is al de tweede grote sanering in minder dan een jaar. Eerder dit jaar voerde de regering al ingrepen door — onder meer een pensioenhervorming, beperking van werkloosheidsvoordelen en een meerwaardebelasting — maar die maatregelen leveren grotendeels pas op termijn opbrengsten op. Tegelijk kwamen er nieuwe kosten bij, zoals de verhoging van het defensiebudget conform NAVO-verwachtingen, en vallen de toekomstige inkomsten tegen. Prognoses tonen dat het tekort tegen het einde van de regeerperiode eerder toeneemt dan daalt.
Belang en risico’s: een gezonde begroting is essentieel omdat de staat anders hogere leningen en dus rente moet betalen. Hoe groter het opgetelde tekort, hoe hoger de rentelasten en hoe minder middelen er overblijven voor beleid. Rekeningen suggereren dat de rentekost tegen 2030 miljarden per jaar kan bedragen — mogelijk tot circa 20 miljard — die dan niet voor bijvoorbeeld sociale zekerheid of zorg beschikbaar zijn. Voorlopig is de kredietwaardigheid van België niet verlaagd, maar de druk blijft groot.
Hoe groot moet de sanering zijn? Dat is nog onduidelijk. Voor 2025 is het federale tekort ongeveer 25,5 miljard euro; volgens het monitoringcomité zou dat tot 42,6 miljard tegen 2030 kunnen oplopen. Verschillende politici noemden verschillende doelbedragen: MR-voorzitter Georges-Louis Bouchez opperde 20 miljard, minister van Begroting Vincent Van Peteghem rekende met 16,6 miljard volgens Europese verwachtingen. De Wever hintte dat de orde van grootte rond 10 miljard zou kunnen liggen. Welke mix van besparingen, hervormingen en nieuwe inkomsten dat precies wordt, blijft onderwerp van harde onderhandelingen.
Wat kunnen burgers merken? Vrijwel iedereen zal de pijn voelen, zeggen regeringsleden. De federale marge voor extra besparingen is beperkt: sommige beleidsdomeinen — defensie, politie en justitie — worden niet aangesneden; minister Annelies Verlinden vraagt zelfs extra middelen om problemen als overbevolking in gevangenissen aan te pakken. Mogelijke maatregelen die op tafel liggen zijn onder meer een eenmalige opschorting van automatische loonindexering (de zogeheten indexsprong), een btw-verhoging, hogere eigen bijdragen in de zorg of versnelde activatie van langdurig zieken. Zulke stappen moeten direct opbrengst genereren; maatregelen met pas later effect bieden onvoldoende korte-termijnoplossing.
Nieuwe belastingen worden ook overwogen: Vooruit suggereerde een miljonairstaks, Les Engagés stelde een heffing op pakjes van buiten de EU voor, terwijl de MR zich tegen nieuwe belastingen keert en vasthoudt aan beloofde lastenverlaging. N-VA wil eerst besparen maar sluit extra inkomsten niet uit.
De timing: premier De Wever zal op 14 oktober zijn jaarlijkse “State of the Union” presenteren — traditioneel het moment waarop het regeringsplan en meestal ook een begrotingsakkoord worden toegelicht — maar hij wil geen kunstmatige deadline afdwingen; het akkoord moet er komen op het moment dat een geloofwaardige oplossing mogelijk is.
Kort: de federale regering staat voor een ingrijpende, snel te nemen sanering waarbij zowel uitgaven als inkomsten op tafel liggen, met onvermijdelijke gevolgen voor de portemonnee van alle Belgen.