Handbalsters van Györ winnen met drie Nederlanders opnieuw de Champions League

In dit artikel:

Het Hongaarse Györ heeft de zevende Champions League-titel binnengehaald, mede dankzij drie Nederlandse handbalsters die voor het eerst in hun debuutseizoen deze prestigieuze prijs wonnen: Dione Housheer, Kelly Dulfer en Bo van Wetering. In de finale in Boedapest versloeg Györ het Deense Odense met 29-27. Housheer was met zes doelpunten een van de topscorers van de wedstrijd en benutte al haar strafworpen succesvol. Voor Györ, dat sinds 2013 de succesvolste ploeg in het vrouwenhandbal is, betekent het alweer de zevende Europese titel.

De Nederlandse inbreng in Györ wordt versterkt door oud-internationals Nycke Groot en Yvette Broch, die eerder al drie Champions League-titels wonnen met de club. Daarnaast was vorig jaar reservekeeper Rinka Duijndam betrokken bij het terugwinnen van de titel onder leiding van Per Johansson, de voormalige bondscoach van het Nederlandse vrouwenteam. Johansson, die halverwege dit seizoen werd aangesteld, bracht Györ na een moeizaam begin weer op het juiste spoor.

In de halve finale bleek Györ met 29-28 net iets sterker dan het eveneens door Nederlanders getinte Esbjerg, dat onder meer Sarah Dekker en Merel Freriks in de gelederen had. De jonge penaltynemer van Esbjerg, Judith van der Helm, faalde echter bij de beslissende strafworpen, terwijl Housheer haar volle strafworpenserie benutte. In de strijd om het brons versloeg Esbjerg het verrassend uitgeschakelde Metz, mede door dertigjarige Noorse keepster Katrin Lunde met een indrukwekkend reddingspercentage van rond de 40 procent.

Ondanks een sterke doelverdediging van Odense tijdens de finale, onder meer dankzij keeper Yara ten Holte, konden zij het offensief van Györ niet stoppen. Met de Nederlandse bijdrage in Györ is het aantal Nederlandse Champions League-winnaars in het handbal verdubbeld tot zes, waarmee zij een nieuwe mijlpaal bereikten in het Europese vrouwenhandbal.