Gunay Uslu: 'Als het studiejaar begint, staan in De Pijp overal verhuiswagens'

maandag, 15 september 2025 (07:17) - Het Parool

In dit artikel:

Gunay Uslu — medeoprichter van Corendon, voormalig staatssecretaris van Cultuur en Media (2022–2024) en nu ceo van de hoteltak — vertelt over haar jeugd, carrière en de manier waarop zij en haar familie hun bedrijven midden in Amsterdam en omgeving vormgeven. Ze groeide op in Haarlem als dochter van migranten; haar moeder kwam in 1968 naar Nederland en leerde hier lezen en zwemmen. Uslu beschrijft een levendige huishouding met cafés en pensions waar veel gastarbeiders verbleven. Haar oudere zus Meral, later filmmaker, trok haar op jonge leeftijd naar Amsterdam, waar de culturele scene van de jaren tachtig haar wereldbeeld en interesse in cultuur vormde.

Op school kreeg Uslu aanvankelijk een lbo-advies, iets wat haar als kind verwonderde omdat ze zich Nederlander voelde. Uiteindelijk doorliep ze het montessorionderwijs en studeerde cultuurgeschiedenis; later promoveerde en doceerde ze aan de Universiteit van Amsterdam. In 1997 richtte zij samen met haar broer Atilay het bedrijf op dat Corendon zou worden. Na een korte studieonderbreking keerde ze terug om de hoteltak op te zetten, die inmiddels groter is dan de reisorganisatie zelf.

Als hoteluitbater legt Uslu nadruk op lokale betrokkenheid. Bij projecten in Badhoevedorp en Nieuw-West is er vooraf met omwonenden overlegd: in Badhoevedorp resulteerde dat in een bioscoop en een groot zwembad waar kinderen kunnen afzwemmen; in Nieuw-West kreeg het hotel een hamam met speciale dagen voor vrouwen en een restaurant met mezzes. Voor de beveiliging werden in het begin buurtjongens aangenomen die anders moeilijk aan werk kwamen; dat leverde niet alleen werk maar ook sociale trots op—een hotel dat echt van de buurt werd.

Corendon’s klanten zijn vooral mensen die hard werken en één of twee weken vakantie per jaar gepland hebben; Uslu zegt dat het gedrag van deze groepen ook een afspiegeling is van de samenleving en soms van stemvoorkeuren. Ze merkt dat politieke voorkeuren vroeger sterker samenhingen met bestemmingskeuzes, maar dat die scheidslijnen de laatste jaren vervagen.

Als voormalig staatssecretaris spreekt Uslu kritisch over cultuurbeleid: het beschikbare rijksbudget van 1,2 miljard euro gaat grotendeels naar onderhoud van rijksmonumenten en bestaande musea, terwijl cultuur volgens haar breder is dan wat als elite of grachtengordelkunst wordt gezien. Ze pleit voor meer erkenning en investering in volksculturen en hedendaagse uitingen die mensen in hun dagelijks leven raken.

Privé woont Uslu in De Pijp, een buurt die ze deels als haar vormende omgeving omschrijft maar die ze ook te druk en te duur vindt geworden. Haar carrière en levensloop illustreren hoe migratieachtergrond, stadsleven en cultuurbeleid samenkomen in zowel zakelijk succes als in het streven naar inclusieve stadsontwikkeling.