Grote steden willen zelf regels kunnen maken voor elektrische bakfietsen en fatbikes

In dit artikel:

Vijf grote steden — Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Utrecht en Eindhoven — hebben de Kamercommissie Infrastructuur en Waterstaat gevraagd hen meer lokale bevoegdheden te geven om nieuwe elektrische voertuigen te reguleren. In een gezamenlijke brief betogen de verkeerswethouders dat de snelle opkomst van grote, vaak opgevoerde e‑voertuigen (zoals fatbikes, krachtige e‑steps en brommobielen) het fietsnetwerk onveiliger maakt door flinke snelheidsverschillen op het fietspad en meer ziekenhuisopnames.

Concreet vragen de gemeenten toestemming om elektrische bakfietsen (vooral zware vrachtbakfietsen) per gemeente naar de rijbaan te verplaatsen en zelf regels te kunnen vaststellen, bijvoorbeeld een lokaal verbod op fatbikes of beperkingen voor andere zware/snelle modellen. Ze verwijzen naar cijfers van VeiligheidNL die aantonen dat fatbike‑ongelukken vaker tot letsel leiden en wijzen erop dat zulke fietsen eenvoudig zijn op te voeren tot 50 km/u of meer, terwijl de wettelijke limiet 25 km/u is.

De steden ondersteunen deels lopende landelijke voorstellen, zoals een helmplicht voor jongeren op e‑fietsen en fatbikes vanaf ongeveer 2027, maar vinden die maatregelen onvoldoende. Ze pleiten daarnaast voor 30 km/u binnen de bebouwde kom als norm met daadwerkelijke handhaving — een maatregel die in Amsterdam al tot minder ongelukken leidde — en voor lokaal maatwerk over welk voertuig op welk weggedeelte thuishoort. Morgen debatteert de Kamercommissie hierover met de demissionaire ministers Tieman (IenW) en Van Weel (J&V).