Groep van zo'n 300.000 Nederlanders 'vergeten' in museum Fenix: 'Pijnlijk dat het wéér gebeurt'

In dit artikel:

Het Rotterdamse migratiemuseum Fenix past een onderdeel van zijn tentoonstelling aan nadat Indische Nederlanders kritiek leverden: op de chronologische migratietijdlijn ontbrak een expliciete verwijzing naar de komst van Indische Nederlanders na 1945. Kunstexpert Frans Leidelmeijer ontdekte de weglating deze zomer tijdens een bezoek en uitte zijn verontwaardiging in het tijdschrift Moesson. Hoofdredacteur Vivian Boon noemde het ontbreken pijnlijk, omdat tussen 250.000 en 300.000 mensen uit voormalig Nederlands‑Indië in de jaren na de onafhankelijkheid naar Nederland verhuisden en veel van hen in Rotterdam aankwamen.

Het museum erkent de kritiek en zegt dat de onafhankelijkheid van Indonesië wel genoemd wordt, maar dat de daaropvolgende migratie van Indische Nederlanders nog niet duidelijk is uitgewerkt. Fenix laat weten de tijdlijn op korte termijn aan te vullen; een precieze datum is nog niet bekend. De organisatie benadrukt tevens dat het museum voortdurend verhalen toevoegt en dat er al meerdere werken in de collectie zijn die verwijzen naar Indonesische en Indische wortels, zoals werken van Caja Boogers, Jennifer Tee en Thania Petersen.

Bezoekers kunnen in het Kofferdoolhof — een ruimte met tweeduizend koffers — ook de koffer van Daisy zien, met een audiotour over hoe haar oudoom in 1958 vanuit Indonesië naar Nederland reisde. Fenix opende op 15 mei door koningin Máxima en trok snel veel publiek; onlangs werd de grens van 150.000 bezoekers gepasseerd. Critici en museumdirectie hopen dat de aangepaste tijdlijn zorgt voor bredere erkenning van een van de grootste migratiestromen naar Nederland in de twintigste eeuw en daarmee de tentoonstelling completer maakt.