Groenlandse ijsberen lijken zich aan te passen aan klimaatverandering

In dit artikel:

Onderzoekers van de University of East Anglia in Norwich hebben bloedmonsters van ijsberen uit verschillende delen van Groenland onderzocht en ontdekten dat het DNA van dieren in het zuidoosten anders reageert dan dat van ijsberen in het noorden. Ze richtten zich op transposons — beweeglijke DNA‑elementen die andere genen kunnen beïnvloeden — en vonden bij zuidoostelijke dieren verhoogde activiteit in gebieden die te maken hebben met temperatuurregeling, spijsvertering en veroudering. In het zuidoosten zijn de gemiddelde temperaturen hoger en de schommelingen groter, waardoor het jacht- en leefgebied daar sneller verandert dan in het noorden. De onderzoekers publiceren hun bevindingen in het tijdschrift Mobile DNA en zien de DNA‑verschillen als een mogelijke aanwijzing dat sommige ijsberen genetisch reageren op de snelle klimaatverandering. Of die veranderingen voldoende zijn om populaties te redden, is onzeker: wetenschappers verwachten dat door afnemend zee‑ijs ongeveer twee derde van de ijsberenpopulatie binnen 25 jaar kan verdwijnen. De studie suggereert wel dat de zuidoostelijke populatie mogelijk laat zien hoe andere groepen zich zouden kunnen aanpassen, maar benadrukt tegelijkertijd de dringende bedreiging van habibatverlies door opwarming.