Genocide-uitspraak van VN-commissie zet Israël onder internationale druk
In dit artikel:
Een door de VN ingestelde onderzoekscommissie concludeert dat Israël in Gaza schuldig is aan het plegen van genocide. Het 72 pagina’s tellende rapport, dat handelt over de periode na de terreuraanslag van Hamas op 7 oktober 2023, noemt als bewijzen onder meer moordpartijen, blokkades van humanitaire hulp, gedwongen verplaatsingen en grootschalige verwoesting van de Gazastrook. Voor vier van de vijf wettelijk omschreven genocidemisdaden ziet de commissie volgens het Genocideverdrag van 1948 voldoende bewijs: moord, het toebrengen van ernstig lichamelijk of psychisch letsel, het opzettelijk verslechteren van de overlevingskansen en maatregelen die geboortes tegengaan. Voor gedwongen overplaatsing van kinderen kon geen overtuigend bewijs worden gevonden.
“Er vindt genocide plaats in Gaza,” zegt navolger en voorzitter Navi Pillay, oud-ICC-rechter en voormalig president van het Rwandatribunaal. De onafhankelijke commissie — opgericht door de VN-Mensenrechtenraad in 2021 en bestaande uit Pillay, Miloon Kothari (India) en Chris Sidoti (Australië) — presenteert haar bevindingen aan die raad, maar spreekt formeel niet namens de gehele VN. De publicatie valt samen met een Israëlisch grondoffensief in Gaza-Stad.
De conclusie is de krachtigste veroordeling door een hooggeplaatste internationale instantie tot nu toe en bevestigt wat mensenrechtenorganisaties en genocide-experts al langer stelden. Ugur Ümit Üngör (hoogleraar holocaust- en genocidestudies) noemt het een morele autoriteit met politieke legitimiteit die het debat nieuw leven inblaast. Hij wijst erop dat het Internationaal Gerechtshof (ICJ), waar Zuid-Afrika Israël van genocide beschuldigt, een tussenvonnis uitbracht dat Israël moet voorkomen dat er een genocide plaatsvindt — uitspraken die in samenhang met dit rapport juridisch en politiek relevant kunnen zijn.
Internationaal kan de uitspraak druk opvoeren op landen om kleur te bekennen: sommige staten zoals Ierland en Spanje zijn kritisch, terwijl Nederland, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk terughoudender zijn. Üngör verwacht spanningen tussen EU en VS en stelt dat Amerikaanse steun aan Israël cruciaal is; stopt die, dan verzwakt Israël wezenlijk. Israël zelf verwerpt alle aantijgingen en noemt het rapport leugens.
Juridisch is genocide in het Genocideverdrag omschreven en door 153 landen geratificeerd; in Nederland staat het ook strafrechtelijk vast. De nieuwe rapportconclusie legt staten een politieke en morele keuze voor: handelen zij nu resoluut (bijvoorbeeld via sancties of boycots) of blijven internationale normen onder druk staan, met risico’s voor de bescherming tegen toekomstige massale misdrijven?