Genkse heide bloeit als nooit tevoren dankzij 6,2 miljoen Vlaamse subsidie: "Belangrijk dat we deze historische landschappen bewaren"

In dit artikel:

De natuurkwaliteit van de Genkse heide is de afgelopen jaren flink verbeterd dankzij intensief beheer door de stad en 6,2 miljoen euro steun van Vlaanderen. Donderdag bezocht minister van Omgeving Jo Brouns (CD&V) de Opglabbekerzavel om het herstelwerk te bekijken, samen met burgemeester Wim Dries en schepen Karel Kriekemans. Het beheerplan, dat twee jaar geleden van start ging, bestrijkt naast Opglabbekerzavel ook Schemmersberg en Boxbergheide; het grootste deel van de subsidie gaat naar de ontwikkeling van de ecovallei Zwarte Berg, een belangrijke verbinding tussen de Mechelse Heide en het militair schietveld van Houthalen-Helchteren.

Het plan voorziet een eenmalige, grootschalige kap van invasieve boomsoorten zoals Amerikaanse vogelkers en valse acacia, gevolgd door 24 jaar regulier onderhoud. Voor dat onderhoud ontvangt Genk jaarlijks 66.000 euro Vlaamse steun. Volgens de betrokken politici maakt dit investering mogelijk om zeldzame heidegebieden te beschermen en robuustere natuur te creëren die beter bestand is tegen droogte en klimaatverandering; heidegrond werkt immers als een spons.

Herstelde heiden bieden ook leefgebied aan kwetsbare soorten zoals de zadelsprinkhaan (die vooral rond het middaguur te horen is), de gladde slang, de nachtzwaluw en de heivlinder. Omdat in Vlaanderen naar schatting 95% van de heide is verdwenen en nu nog maar 0,6–1% van het landschap uit heide bestaat, benadrukken betrokkenen het belang van deze bescherming en het behoud van drie unieke, historische heidelandschappen in Genk.