Gemeente maakt parkeren op Scheveningen iets goedkoper in eerste 1,5 uur, maar daarna betaal je 50 euro per uur

In dit artikel:

In Scheveningen en het oude centrum van Den Haag wordt het parkeren voor kortere verblijven iets goedkoper, maar voor langere periodes blijft het extreem duur. Twee jaar geleden voerde de gemeente proeftarieven tot 50 euro in sommige straten in beide gebieden in, wat landelijke — zelfs Duitse — aandacht en veel protest opleverde. De maatregel moest parkeeroverlast terugdringen en dat lukte: uit een evaluatie eind vorig jaar bleek dat minder buitenstaanders in die straten gingen staan, tot opluchting van bewoners, maar ondernemers verloren klanten.

Wethouder Arjen Kapteijns wil nu ondernemers tegemoetkomen met een nieuw progressief tarief in vijf straten op Scheveningen en zeventien in het oude centrum. Technische aanpassingen maken het mogelijk dat het tarief oploopt naarmate de parkeerduur langer is: de eerste twintig minuten kosten voortaan 7 euro (gelijk aan omliggende straten), na een uur betaal je 25 euro en bij anderhalf uur geldt weer het topbedrag van 50 euro. De verandering is vooral bedoeld voor kortparkeerders die even boodschappen doen; het snel oplopende tarief moet mensen bovendien stimuleren om hun auto in parkeergarages te zetten.

Om te voorkomen dat automobilisten naar aangrenzende wijken uitwijken, verhoogt de gemeente vanaf volgend jaar ook het tarief in de Rivierenbuurt en Stationsbuurt (bij Hollands Spoor) van 2,70 naar 4,85 euro per uur — een zogenoemd tussentarief bedoeld om bewoners te beschermen, al zullen ondernemers daar minder blij mee zijn. Of parkeergarages hun prijzen aanpassen is onduidelijk; die tarieven worden door commerciële partijen vastgesteld.

Het plan voor het progressieve tarief moet nog door de gemeenteraad, tijdens de behandeling van de begroting. Volgens Kapteijns speelde het vergroten van inkomsten geen rol bij de beslissing; het doel blijft het reguleren van parkeerdruk en het beschermen van woongebieden.