Geen sjeik of rijke zakenman, maar de trouwe supporter als geldschieter. 'Natuurlijk ga ik hier niets aan verdienen. Dat geeft niet'

zaterdag, 20 september 2025 (14:34) - NRC Handelsblad

In dit artikel:

Anna Daus (43) raakte bij haar eerste bezoek aan het Millerntor-stadion in Hamburg meteen verknocht aan FC St. Pauli. Waar andere stadions haar soms ongemakkelijk lieten voelen, vond ze op de Gegengerade een publiek dat haar waarden deelde: een uitgesproken linkse clubcultuur, tegen discriminatie en seksisme, en een sfeer waarin supporters elkaar beschermen. Na vijftien seizoenen als seizoenkaarthouder maakte ze dit jaar de stap om ook financieel bij te dragen door een aandeel in het stadion te kopen via de nieuwe supporterscoöperatie.

St. Pauli zocht afgelopen seizoen nieuw kapitaal om coronaschulden af te lossen en te investeren, maar wilde dat doen zonder de invloed van één grote investeerder. In veel landen verdwijnen clubs in handen van rijke eigenaren; Duitsland kent echter regels die ledenmacht beschermen: leden moeten ten minste 50 procent plus één stem behouden. Toch was geld nodig om competitief te blijven. Aandelen verkopen of obligaties uitgeven vond het bestuur onwenselijk omdat zulke financiële instrumenten commerciële prikkels en meerderheidsinvloed kunnen brengen die het karakter van de club aantasten.

De oplossing werd gevonden in een supporterscoöperatie geïnspireerd op lokale wijncoöperaties en voorbeelden als de Green Bay Packers. In plaats van aandelen in de club te verkopen, verkoopt St. Pauli een deel van het bezit: het stadion Millerntor — de “huiskamer” van de fans — werd deels losgemaakt en aan de coöperatie overgedragen. De inleg was vastgesteld op 850 euro per deelnemer (waarvan 750 euro voor het eigendomsdeel). Het project, vorig najaar aangekondigd, bleek een enorm succes: binnen een week waren 10.000 inschrijvingen binnen, en tegen het einde van het seizoen hadden ruim 22.500 supporters samen circa 29,2 miljoen euro ingebracht, ruim boven de vooraf gestelde ondergrens van 20 miljoen.

Het opgehaalde geld mag volgens afspraken niet direct voor spelerstransfers gebruikt worden maar is bestemd voor lange termijninvesteringen en het aflossen van coronaschulden — waardoor de jaarlijkse rentelasten aanzienlijk dalen. De coöperatie betaalt nu de kosten voor onderhoud en beheer van het stadion; de club houdt inkomsten uit kaartverkoop en catering en betaalt een marktconforme vergoeding voor gebruik van het stadion. St. Pauli bleef daarmee als vereniging met zeggenschap overeind; de club bezit na de transactie nog ongeveer 40 procent van het stadion.

Voor supporters is het vooral een emotionele investering: rendement is beperkt (eventueel maximaal rond 3%) en doorverkoop is alleen mogelijk tegen het oorspronkelijke inlegbedrag, zodat speculatie wordt tegengegaan. Vertrouwen in het bestuur — veel bestuurders komen zelf uit de vakken van Millerntor — en de wens om te bewijzen dat een alternatieve, fan-gestuurde financiering mogelijk is, motiveerden velen om mee te doen. Het initiatief wekte ook belangstelling bij andere clubs (onder meer Schalke 04 en HSV), en St. Pauli overweegt de coöperatie in de toekomst opnieuw te gebruiken voor grote projecten zoals trainingsfaciliteiten of jeugd- en vrouwenselecties. Kortom: St. Pauli heeft via een supporterscoöperatie kapitaal aangetrokken zonder zijn verenigingskarakter of democratische controle op te geven, en liet daarmee zien dat een community-gedragen model een realistische financieringsroute kan zijn.