Geen ritwinnaar door aanhoudende pro-Palestijnse demonstraties in Bilbao
In dit artikel:
De elfde etappe van de Vuelta, met finish in Bilbao, kende een chaotische ontknoping: door grootschalige pro‑Palestijnse demonstraties bij de aankomst en meldingen van incidenten besloot de organisatie de officiële tijdsregistratie op 3 kilometer voor de finish te leggen. Daardoor is er geen ritwinnaar uitgeroepen; wel zijn punten voor het bergklassement en de tussensprint toegekend en werden er bonificatieseconden verdeeld op de tussensprintplaatsen.
De etappe bevatte meerdere ontsnappingen en klimmetjes, onder meer de Alto del Vivero en de beslissende Alto de Pike. Marc Soler reed lange tijd solo voorop, later gevolgd door een kopgroep met Mikel Landa en Santiago Buitrago. Landa moest echter wegens pijntjes zijn aanval staken en viel terug, waarna Buitrago korte tijd alleen voorop reed voordat het peloton hem opslokte. In het peloton waren namen als João Almeida, Tom Pidcock, Jonas Vingegaard, Jørgen Jorgenson, Hugh Carthy/Hindley (tekst noemt Hindley) en Gall opvallend aanwezig; Almeida bleef herhaaldelijk aanvallen en Pidcock versnelde meerdere keren.
Bij de tussensprints en bergtoppen werden nog wel bonificaties en punten toegekend: Pidcock pakte zes bonificatieseconden, Vingegaard vier en Almeida twee. Mads Pedersen speelde een actieve rol in het achtervolgende groepje en scoorde onder andere in de tussensprint, wat hem extra punten en een voorsprong in het puntenklassement opleverde.
De protesten in het centrum van Bilbao zorgden er eerder in de rit al voor dat het koersverloop tijdelijk werd verstoord en uiteindelijk voor de ingrijpende beslissing om de finishactie te neutraliseren. De politie trad op bij de aankomst, en vanwege de veiligheid werd dus afgezien van het uitroepen van een etappewinnaar, terwijl de klassementspunten en tussensprintuitslagen wel bleven tellen.