Fossiele afbouw en adaptatie centraal in slotfase klimaattop
In dit artikel:
In de slotfase van de klimaattop in Belém richten de grootste meningsverschillen zich op de rol van fossiele brandstoffen en op financiering voor klimaatadaptatie. Tientallen landen en de EU willen concretere afspraken over het verminderen van afhankelijkheid van olie, gas en kolen. President Lula stelde een ‘routekaart’ voor die de geleidelijke afbouw van fossiele brandstoffen moet begeleiden; de EU steunt het initiatief en leverde al tekstvoorstellen aan waarin staat dat zo’n routekaart wetenschappelijk onderbouwd moet zijn, moet aansluiten bij nationale klimaatafspraken en niet dwingend mag zijn. Ontwikkelingslanden eisen fors meer geld voor aanpassing aan klimaatverandering: volgens eerdere afspraken zou het adaptatiebudget dit jaar naar 40 miljard dollar per jaar moeten groeien en nu pleiten zij voor een verdrievoudiging daarvan. Rijkere landen tonen terughoudendheid, mede omdat de Verenigde Staten niet meedoen aan de afspraken en dus geen bijdrage levert. Parallel aan de routekaart speelt het Belém Action Mechanism (BAM) een centrale rol als instrument om een rechtvaardige transitie mogelijk te maken; activisten benadrukken dat zuidelijke landen steun nodig hebben om de overgang van fossiele brandstoffen te kunnen maken.