Fortuyn waarschuwde voor de islam maar Wilders blijkt de echte bedreiging
In dit artikel:
Veel mensen herinneren zich Pim Fortuyn als de waarschuwende stem tegen een vermeende islamisering van Nederland. Vijftien, nee vijfentwintig jaar later herhaalt Geert Wilders veel van die voorspellingen, maar de feiten spreken anders: het aandeel moslims steeg van ongeveer 5% rond 2000 naar circa 6% nu — een zeer beperkte verandering, geen omslag naar islamisering.
Fortuyn vreesde dat vrouwen- en homorechten zouden verdwijnen; de werkelijkheid liep anders. Nederland legaliseerde het homohuwelijk in 2001 en versterkte in 2023 juridische bescherming tegen discriminatie op grond van seksuele oriëntatie. Toch staan die vrijheden vandaag onder druk — niet primair door moslimgroepen, maar door Wilders en ultraconservatieve christelijke organisaties. In het PVV-programma staat dat alleen twee genders erkend zouden mogen worden en er is expliciet verzet tegen voorlichting rond LHBTI, zoals de Week van de Lentekriebels. Streng-christelijke organisaties verspreidden desinformatie over zulke initiatieven, waartegen instellingen als Rutgers procedeerden en succesvol bezwaar maakten. Ook stemt de PVV mee met anti-abortusstandpunten, wat de positie van vrouwen kwetsbaar maakt.
De georganiseerde anti-LHBTI-beweging wordt bovendien gevoed door internationale conservatieve netwerken uit onder meer de VS, VK en Rusland die geld, lobby en ideologische input leveren. Kortweg: de grootste bedreiging voor vrijheden van vrouwen, LHBTI’ers en minderheden komt niet van een snelgroeiende islam, maar van Wilders en zijn geestverwanten — degenen die volgens sommigen onze cultuur willen beschermen, ondermijnen die juist.