Fokkers in actie voor toekomst kortsnuitige hondenrassen. Erik uit Leens: 'Wij willen ook gezonde dieren'
In dit artikel:
Vanaf 1 januari gaat naast het eerder ingevoerde fokverbod ook een houdverbod gelden voor naakt- en vouwoorkatten; voor kortsnuitige honden bestaat al een fokverbod en een houdverbod lijkt een volgende stap. Dat zorgt voor verontwaardiging onder erkende stamboomfokkers en liefhebbers van rassen als mopshond, shih tzu, pekinees en bulldogs. Zij voeren in Eefde en daarbuiten actie om het publieke en juridische oordeel over deze populaire viervoeters te beïnvloeden.
Belanghebbenden: onder meer internationaal keurmeester en shih tzu-voorzitter Pieter Burema, Erik Nienhuis (voorzitter Eerste Gezelschapshonden Club Nederland) en de onlangs opgerichte stichting Kortsnuiten Blijven Bestaan (KBB; initiatiefneemsters Joke Abbenhuis en Hetty Bischof) vertegenwoordigen fokkers en eigenaren. Zij erkennen dat dierenwelzijn centraal moet staan, maar vinden dat de huidige toetsing onterecht veel rashonden uitsluit en broodfokkers ongemoeid laat. Nienhuis benadrukt dat jaarlijks ongeveer 140.000 honden een nieuwe eigenaar krijgen, waarvan circa 25.000 rashonden — en dat de commerciële handel uit het buitenland en broodfok onverminderd doorgaat.
Twistpunt is de manier waarop gezondheid wordt beoordeeld. De overheid hanteert de CFR-meting (neuslengte ten opzichte van schedelomvang) als criterium; fokkers noemen dit een papieren aanpak die veel ogenschijnlijk gezonde rashonden buiten de fokkerij plaatst. De KBB pleit voor invoering van de Cambridge BOAS-test — ontwikkeld door dierenarts Jane Ladlow — waarbij individuele honden lichamelijk worden onderzocht op ademhaling en functie. Fokkers zeggen dat zij eerder dierenartsen hebben laten opleiden volgens die methode, maar dat gerechtelijke uitspraken haar invoering in Nederland hebben bemoeilijkt.
Tegelijkertijd verdedigen wetenschappers en dierenartsen het huidige beleid. Het Expertisecentrum Genetica van de Faculteit Diergeneeskunde (Universiteit Utrecht) leverde de wetenschappelijke onderbouwing voor het fokverbod: extreem kortsnuitige honden lopen aantoonbaar grotere risico’s op ernstige gezondheidsproblemen (ademhalingsproblemen, oog-, oor- en gebitsproblemen, huidirritatie). De faculteit ontwikkelde zes beoordelingscriteria (onder meer normale ademgeluiden, open neusgaten, afwezigheid van neusplooi die oog kan raken, snuitlengte minimaal 1/3 van schedel, niet-exorbitante ogen en normale oogsluiting). Volgens de faculteit houdt de Cambridge-test alleen ademgeluiden in rust en na lichte inspanning en neemt zij daarmee onvoldoende andere risicofactoren mee; de KNMvD onderschrijft deze professionele opvatting.
KBB heeft een petitie aangeboden aan de Tweede Kamer en zet in op verantwoorde fokkerij van raszuivere kortsnuitige honden volgens strengere, individuele gezondheidstesten. Fokkers waarschuwen dat het huidige beleid vooral ervaren stamboomfokkers raakt, terwijl broodfok en import van pups van twijfelachtige herkomst blijven floreren. Wetenschappers en dierenartsen benadrukken echter dat strengere, op populatieonderzoek gestoelde criteria nodig zijn om dierenleed effectief te voorkomen.