Fiscalisten kraken nieuw box 3-stelsel en voorzien tegenvaller belastinginkomsten: 'Vermogen gaat mogelijk naar bv's'

In dit artikel:

Het Register Belastingadviseurs (RB) uit scherpe kritiek op het voorstel voor het nieuwe box 3-stelsel dat in 2028 moet ingaan. Volgens het RB zijn er juridische tekortkomingen en bestaat de kans dat de verwachte belastinginkomsten tegenvallen doordat vermogen mogelijk massaal wordt verschoven naar besloten vennootschappen (bv’s). Dit komt vooral door de keuze voor een vermogensaanwasbelasting, waarbij jaarlijks belasting wordt geheven over het rendement, ook als dit rendement nog niet is gerealiseerd. Daardoor kunnen beleggers in sommige jaren genoodzaakt zijn beleggingen te verkopen of spaargeld aan te spreken om de belasting te voldoen. In tegenstelling tot veel andere landen, die een vermogenswinstbelasting hanteren waarbij pas bij verkoop van beleggingen belasting wordt betaald, acht het RB deze aanpak logischer en eerlijker.

Indien het ministerie van Financiën vasthoudt aan de vermogensaanwasbelasting, vreest het RB een snelle toestroom van vermogen naar bv’s, iets wat nu al actief wordt gepromoot door belastingadviseurs. Bij vastgoed gelden afwijkende regels: hier geldt wel een vermogenswinstbelasting, maar de vermogensaanwasbelasting daarentegen niet, wat kan leiden tot ongelijke behandeling tussen directe en indirecte vastgoedbeleggingen, iets wat het RB als discriminerend bestempelt.

Daarnaast stelt het RB kritiek te hebben op het ontbreken van achterwaartse verliesverrekening; verliezen in een jaar mogen niet worden verrekend met winsten uit het voorgaande jaar, wat volgens de fiscalisten het nieuwe stelsel juridisch kwetsbaar maakt. Tot slot wordt de invoering van een ‘vastgoedbijtelling’ bekritiseerd; vastgoedbezitters moeten belasting betalen over periodes waarin zij hun eigen pand gebruiken, en zelfs over leegstand. Het RB noemt deze maatregel onrealistisch en juridisch discutabel omdat het volgens hen een forfaitaire heffing is die de werkelijkheid onvoldoende weerspiegelt en belastingplichtigen dwingt tot verhuur bij leegstand. Hierdoor voorziet het RB aanzienlijke praktische en juridische problemen bij de invoering van het nieuwe box 3-stelsel.