FIFA dwingt Europese voetbalclubs tot transfer­betalingen aan Russen, ondanks sancties

vrijdag, 5 december 2025 (06:08) - Follow the Money

In dit artikel:

Sinds de inval van Rusland in Oekraïne (begin 2022) en de daaropvolgende internationale sancties, dwingen FIFA‑instanties Europese clubs herhaaldelijk om openstaande transfersommen aan Russische clubs alsnog te voldoen — zelfs wanneer banken of nationale wetgeving zulke betalingen blokkeren. Follow the Money reconstrueerde dertien geschillen bij het FIFA Football Tribunal sinds begin 2022 waarin de wereldvoetbalbond in vrijwel alle gevallen bepaalde dat contractuele verplichtingen bleven gelden: betalen binnen 45 dagen, anders een transferverbod voor drie achtereenvolgende transferperiodes (ruim anderhalf jaar).

Wie en wat: betroffen clubs zijn onder meer West Ham United, Atalanta Bergamo, Udinese, FC Basel, PSV, Norwich City en SC Heerenveen; aan de schuldeiserskant staan grote Russische clubs als CSKA Moskou, Spartak, Lokomotiv en FK Rostov. De casussen variëren van transfers die vóór de sancties werden gesloten tot deals die ná het plaatsen van Russische entiteiten op sanctielijsten tot stand kwamen. FIFA stelt consequent dat “contract is contract” en dat sancties de vervaldatum van een schuld niet wegnemen.

Wanneer en waar: de meeste procedures liepen vanaf 2022 en leidden tot ultimata in 2023 en 2024. De knelpunten speelden vooral in Europa: Engelse, Italiaanse, Zwitserse, Nederlandse en Israëlische clubs kwamen in juridische problemen via het FIFA‑tribunaal. Banken als Rabobank en Oldenburgische Landesbank weigerden na sancties vervolgbetalingen te faciliteren, wat betalingsblokkades veroorzaakte.

Waarom dit probleem groeit: clubs belanden tussen twee juridische eisen. Nationale en EU/UK‑sanctiewetgeving verbieden in veel gevallen betalingen aan gesanctioneerde partijen of banken; de FIFA verplicht tegelijk tot nakoming van transfercontracten en dreigt met sportieve sancties als clubs niet betalen. Clubs kregen volgens het tribunal vaak te horen dat zij actief moesten aantonen dat er absoluut geen legale routemogelijkheid was — en dat alternatieve constructies (driehoeksbetalingen via derden of niet‑gesanctioneerde banken) in de ogen van autoriteiten mogelijk sanctie‑omzeiling zouden zijn.

Gevolgen en voorbeelden: West Ham ontving in maart 2023 een ultimatum om CSKA te betalen voor Nikola Vlašić (26 miljoen euro), maar verdedigde zich met het argument van ‘overmacht’ en wettelijke onmogelijkheden; in mei dit jaar kreeg West Ham vervolgens gelijk van het Hof van Arbitrage voor de Sport (CAS), dat oordeelde dat het objectief onmogelijk was de termijn te voldoen zonder sanctiewetgeving te schenden. Slechts in twee gevallen (West Ham via CAS en het Zweedse Djurgårdens tegenover Zenit) werd het ultimatum geschorst vanwege juridische onmogelijkheid. Andere clubs betaalden uiteindelijk wel: PSV betaalde Spartak na bankproblemen en wist zo een transferban te voorkomen; Norwich bevestigde betaling aan FK Rostov; Heerenveen ontving het resterende bedrag van CSKA via een constructie die door het Nederlandse ministerie van Financiën werd goedgekeurd.

Juridische onzekerheden en kritiek: juristen waarschuwen dat FIFA clubs niet kan dwingen sancties te overtreden en dat de bond zelf aansprakelijk zou kunnen worden gesteld als strikte toepassing van haar regels schade veroorzaakt. Antoine Duval (Asser Institute) benadrukt dat clubs verantwoordelijk zijn voor naleving van nationale sancties, maar dat FIFA sancties kan opleggen aan clubs die niet de juiste stappen ondernemen om overheidsvergunningen te verkrijgen. De praktijk toont dat veel clubs tussen wal en schip liggen: sportieve belangen versus strafrechtelijke risico’s.

Context en betekenis: het onderzoek — onderdeel van het internationale project “Offside Deals” — laat zien dat voetbalsommen en contractuele zekerheden in oorlogstijd blijven doorwerken en dat de mondiale sportstructuur worstelt met de kruisende logica van contracten en geopolitieke sancties. De uitkomst laat zien dat, behalve enkele uitzonderingen, FIFA‑uitleg vaker tot betaling en sportieve sancties leidt dan tot vrijstelling waar nationale wetgeving betalingen verbiedt.