Factsheet presteren in luchtverontreiniging

donderdag, 5 juni 2025 (12:48) - Allesoversport.nl

In dit artikel:

Sporters worden steeds vaker geconfronteerd met luchtverontreiniging op trainings- en wedstrijddagen, wat zowel hun prestaties als gezondheid negatief beïnvloedt. Belangrijke verontreinigende stoffen zijn ozon, fijnstof, stikstof en zwavel, die vooral in stedelijke gebieden met veel verkeer en industrie voorkomen. Ook binnensportlocaties kunnen hoge niveaus van schadelijke stoffen bevatten, bijvoorbeeld door zwembaden met chloor, oudere dweilmachines in ijsbanen of ontsmettingsmiddelen in fitnessruimtes.

Tijdens inspanning neemt de ademhaling toe en verloopt vooral via de mond, waardoor meer vervuilde lucht dieper in de longen komt en tot irritatie kan leiden. Op korte termijn veroorzaakt dit benauwdheid, hoesten en een tijdelijke daling van de longfunctie. Langdurige blootstelling leidt echter vaker tot chronische klachten, een verhoogd risico op luchtweginfecties en inspanningsastma, vooral bij duursporten waarbij meer verontreinigende stoffen worden ingeademd.

Luchtverontreiniging vermindert ook het beschikbaar zuurstofaanbod aan de spieren, waardoor snel vermoeidheid optreedt en sportprestaties verminderen. Cognitieve functies zoals concentratie en besluitvorming kunnen hierdoor eveneens verslechteren, vooral bij slechtere luchtkwaliteit.

Om blootstelling te beperken, wordt aanbevolen om buiten te trainen tijdens de uren met de beste luchtkwaliteit, doorgaans ’s ochtends vroeg. Vermijden van trainen dichtbij drukke wegen (binnen 250 meter) kan het opnemen van schadelijke stoffen verminderen. Bij sterke vervuiling is binnen trainen een alternatief mits er goede luchtfiltratie is. Ook het vermijden van wachtruimtes zoals parkeergarages en het gesloten houden van autoventilatie met airconditioning tijdens ritten helpt de blootstelling te verlagen.

Acclimatiseren aan hoge ozonconcentraties door enkele dagen voor een wedstrijd op locatie met lichte inspanning aanwezig te zijn, kan prestatieverlies gedeeltelijk tegengaan, al werkt dit niet voor alle sporters en voor andere verontreinigende stoffen ontbreekt bewijs. Het dragen van een goed sluitend mondmasker met filter (zoals N95 of FFP2) beperkt de inademing van schadelijke stoffen en is vooral nuttig vóór en na inspanning. Het gebruik van astma-medicatie zonder officiële diagnose wordt afgeraden.

Verder kan het gericht gebruiken van antioxidanten zoals vitamine C, E en bètacaroteen helpen luchtwegproblemen te beperken, mits dit kort voor belangrijke wedstrijden gebeurt om negatieve effecten op trainingsaanpassingen te voorkomen. Het is onduidelijk of antioxidanten bescherming bieden tegen alle vormen van luchtvervuiling.

Deze inzichten benadrukken het belang van gerichte maatregelen voor sporters om de schadelijke effecten van luchtverontreiniging te verminderen en zo gezondheid en prestaties te beschermen.