Europese kritiek op Russen na wéér een grote aanval: 'Ze spotten met diplomatie'

In dit artikel:

Een grootschalige Russische luchtaanval in de nacht trof Oekraïne, met minstens drie doden en voor het eerst schade aan het regeringsgebouw in Kyiv. Oekraïense autoriteiten noemen het volgens hen de grootste aanval sinds het uitbreken van de oorlog in 2022. Europese leiders reageerden scherp: zij veroordeelden Rusland voor het schenden van internationaal recht en eisten meer steun en druk om de aanvallen te stoppen.

Demissionair minister Ruben Brekelmans riep op tot meer hulp, grotere druk op Moskou en een vredesplan met stevige garanties. Oekraïens president Volodomyr Zelensky sprak zondag telefonisch met de Franse president Emmanuel Macron over een passend antwoord op de escalatie; Macron benadrukte dat Europa samen met Oekraïne naar vrede streeft terwijl Rusland verder in oorlogspad vervalt. Ook Britse premier Keir Starmer en Europees Raadvoorzitter António Costa bekritiseerden de Russische aanpak.

De aanval toont volgens analisten aan dat een vredesakkoord nog ver weg is. Een mogelijke top tussen Poetin en Zelensky blijft onwaarschijnlijk omdat Poetin alleen in Moskou wil vergaderen, iets wat Zelensky afwijst. Ondertussen worden Oekraïne en met name Kyiv structureel bestookt met drones en raketten.

Binnen de internationale steungroep “Coalition Of The Willing” bespraken 26 landen deze week veiligheidsgaranties; zij zouden bereid zijn troepen te sturen als er ooit een akkoord met garanties komt, maar concrete details ontbreken. De rol van de Verenigde Staten blijft onduidelijk: president Trump waarschuwt publiekelijk met sancties, maar heeft nog geen concrete stappen gezet, volgens experts deels uit vrees de diplomatie met Poetin te schaden.