Europese bondgenoten botsen over troepeninzet in Oekraïne: „Te vroeg om te speculeren over veiligheidsgaranties"
In dit artikel:
Minstens vijf westerse landen hebben aangekondigd troepen te willen stationeren in Oekraïne als onderdeel van naoorlogse veiligheidsgaranties, maar de plannen lopen vast door tegenstand — vooral uit Duitsland — en onenigheid over de precieze vormgeving. Het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk zeggen bereid te zijn ‘boots on the ground’ te leveren plus luchtsteun; Estland heeft een bataljon toegezegd. België en Litouwen noemen een bijdrage „hoogstwaarschijnlijk”, terwijl Tsjechië en Canada een deelname niet uitsluiten. Polen, Roemenië en Spanje zijn tegen, en Hongarije en Slowakije weigeren deelname.
Naast troepenverklaringen investeren meerdere bondgenoten in wapens en financiering voor Kyiv. Nederland, Duitsland en Canada sponsoren elk wapenspakketten van 500 miljoen dollar; Noorwegen, Zweden en Denemarken dragen gezamenlijk bij; België, Letland en Luxemburg geven kleinere bijdragen.
Donderdag staat in Parijs een vergadering gepland om de voortgang van die garanties te bespreken, waar Europese leiders en mogelijk ook de Amerikaanse president Trump aan deelnemen. Ursula von der Leyen presenteerde recent een driepuntenplan: een multinationale vredesmacht, versterking van het Oekraïense leger en perspectief op toekomstig EU-lidmaatschap. Europese en Oekraïense bronnen benadrukken dat een Amerikaanse „backstop” — in de vorm van luchtsteun, commandocapaciteiten en inlichtingen — essentieel is om een vredesmacht operationeel te houden. President Trump weigert echter Amerikaanse grondtroepen in Oekraïne te plaatsen.
Duitsland trekt zich terug uit de meest concrete overwegingen: minister van Defensie Boris Pistorius en bondskanselier Friedrich Merz stellen dat de EU geen bevoegdheid heeft om troepen te stationeren en dat het te vroeg is om over naoorlogse garanties te speculeren zolang er geen vredesonderhandelingen lopen. Die Duitse terughoudendheid vormt een belangrijke rem op het initiatief van de zogeheten coalitie van bereidwilligen.
Op het diplomatieke front lijkt Rusland niet ontvankelijk voor bemiddeling: Kremlinadviseur Joeri Oesjakov zei dat een ontmoeting tussen Poetin en Zelensky niet op de agenda staat, iets wat Europese leiders interpreteren als gebrek aan bereidheid tot vrede. Washington waarschuwt intussen dat meer druk op het Kremlin mogelijk is; naast dreigementen met sancties en importheffingen heeft de VS recent ook hogere tarieven aangekondigd richting landen die veel Russische olie importeren, zoals India, om zo de Russische inkomstenstroom te beperken.