EU steekt stokje voor belastingvoordeel familiebedrijven - BBB-staatssecretaris zwicht voor Brussel

dinsdag, 21 oktober 2025 (15:37) - Dagelijkse Standaard

In dit artikel:

VVD en CDA hadden in de Kamer goedgekeurd dat ook familieleden met een kleiner aandeel in een familiebedrijf gebruik mogen maken van de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) — de vrijstelling bij erf- en schenkbelasting om overdracht van ondernemingen niet te laten vastlopen. Die versoepeling komt er echter niet: staatssecretaris Eugène Heijnen (BBB, Financiën) trok de maatregel terug omdat de Europese Commissie zou oordelen dat het om verboden staatssteun gaat.

De kern: Den Haag wilde ondernemers en vooral kleinere familiebedrijven beschermen tegen hoge erfbelastingen die continuïteit en banen kunnen bedreigen, maar buigt voor een Brussel-advies. Daardoor blijven familieleden met minder dan 25 procent eigendom gewoon belasting betalen alsof hun aandelen vermogen op de beurs zijn, waardoor generatiesbedrijven in de knel blijven. Grote internationale concerns hebben meestal fiscale instrumenten om lasten te verlichten; voor reguliere familiebedrijven bestaan die mogelijkheden niet in dezelfde mate.

Politiek levert dit een lastig beeld op voor BBB: de partij die zich profileerde als verdediger van boeren, middenstanders en “gezond boerenverstand” ziet haar eigen staatssecretaris hetzelfde handelen als eerdere bewindspersonen die binnen Europese kaders opereren. Kritiekpunt is dat Nederland niet strijdvaardig optreedt richting Brussel — men had volgens critici kunnen proberen te onderhandelen of druk uit te oefenen, zoals Frankrijk en Duitsland dat soms doen.

De zaak raakt een breder debat over Europese invloed: de Commissie kan nationale fiscale regelingen beoordelen op staatssteunkaders, waardoor maatregelen die bedoeld zijn om ondernemers te steunen worden geblokkeerd. Tegenstanders noemen de term “ongeoorloofde staatssteun” een politiek wapen dat nationale beleidsruimte verkleint. De directe verliezers zijn volgens de voorstanders de kleinere familiebedrijven, wiens toekomst en overdracht nu meer dan ooit afhankelijk lijken van goedkeuring door Europese technocraten.