Ernest Poku held en schlemiel bij povere kwalificatiestart van Jong Oranje in spookduel
In dit artikel:
Jong Oranje begon met hoge verwachtingen aan de EK-kwalificatiewedstrijd in De Koel (zonder publiek) onder leiding van bondscoach Michael Reiziger, maar liep tegen een teleurstellend 2-2-gelijkspel aan tegen Israël. De ploeg, waarvoor Reiziger vijf basisspelers van AZ opstelde en Ernest Poku (recent van AZ naar Bayer Leverkusen) op de rechterflank zette, had moeite zijn superioriteit om te zetten in dominating spel en kansen.
De eerste helft was mager: weinig tempo, voorspelbare opbouw en vrijwel geen af te ronden kansen — behalve een schot van Mats Rots en twee pogingen van Kees Smit en Elijah Dijkstra. Na rust vlamde Jong Oranje meer aan, waarbij Gjivai Zechiël en Poku enkele goede mogelijkheden creeërden en doelman Dor Benyamini van Israël cruciale reddingen verrichtte.
Halverwege de tweede helft kwam Israël verrassend op voorsprong via Ran Binyamin, die profiteerde van defensief slordig werk bij Jong Oranje (0-1). Nederland reageerde snel: invaller Isaac Babadi zette een aanval op, waarna Poku de gelijkmaker binnenwerkte (1-1). Later leek Poku zichzelf tot matchwinnaar te kronen met een tweede treffer (2-1), maar in blessuretijd kreeg Israël alsnog een punt: een vrije trap veranderde van richting en via de rug van Poku viel de 2-2 binnen.
De remise voelt als een valse start in de kwalificatiereeks richting het EK onder 21 in Albanië en Servië (2027), zeker gezien Jong Oranje in de vorige campagne alle tien de duels won. Opvallende knelpunten waren het ontbreken van een robuuste kopspits, het lage baltempo en defensieve onzorgvuldigheden die tegenstanders kansen opleverden.