En toen sloeg India terug met een alternatief voor Microsoft en Google

In dit artikel:

Als directe reactie op recente aanpassingen in de H-1B-regeling heeft India een onverwachte stap gezet op het terrein van digitale soevereiniteit: federale minister van Informatietechnologie Ashwini Vaishnaw promoot publiekelijk het officepakket van het Indiase bedrijf Zoho. Zijn presentatie, die via social media circuleerde, riep inwoners en organisaties op het nationale product te gebruiken.

De maatregel past in het bredere beleid van de nationalistische regering om binnenlandse technologie en zelfvoorziening te stimuleren. Zoho is geen nieuw initiatief: het bedrijf bestaat al jaren en heeft ook een vestiging in Nederland, wat het tot een geloofwaardig alternatief voor Microsoft en Google maakt. In India wordt Zoho bovendien al ingezet door bedrijven die systemen zonder internetverbinding willen laten draaien.

Vergelijkingen met China dringen zich op: ook daar is er lang druk geweest om buitenlandse software te vervangen door binnenlandse oplossingen. Westerse techbedrijven ervaren zulke nationalistische beleidskeuzes als hinderlijk; recentelijke beperkingen op Office365 in Denemarken, delen van Duitsland, Oostenrijk en Frankrijk illustreerden hoe één besluit kettingreacties kan veroorzaken. Mocht de Indiase federale overheid Officepakketten van buitenlandse leveranciers beperken en het bedrijfsleven volgt, dan gaat het om tientallen tot mogelijk honderden miljoenen licenties — een flinke tegenvaller voor Microsoft en Google. Bij die bedrijven zal men de stap ongetwijfeld met zorg hebben opgemerkt.