Einde aan de klimaatgekte op de weg: Trump en Duffy draaien Biden-beleid terug en kiezen voor de benzineauto
In dit artikel:
De Amerikaanse regering-Trump heeft de federale brandstofverbruikseisen versoepeld via de NHTSA, waardoor autofabrikanten minder strikte CO2-/brandstofdoelstellingen krijgen opgelegd voor 2031. Onder de vorige (Democratische) regeling lag het gemiddelde verbruikseis rond 1 op 21 (ongeveer 4,7 l/100 km); de nieuwe norm wordt bij benadering 1 op 14,6 (ongeveer 6,8 l/100 km). Doel van de wijziging volgens minister van Transport Sean Duffy en de regering: auto's betaalbaarder maken, fabrikanten vrijer laten ontwerpen (ook grotere gezinsauto's en pick-ups) en zo consumenten meer toegang geven tot nieuwe, veiligere voertuigen.
De regering stelt dat strenge zuinigheidseisen fabrikanten dwingen tot dure hybride- of elektrische oplossingen of tot het aanbieden van voertuigen die weinig afzet vinden, wat kosten en boetes doorberekent aan kopers. Duffy voert daarnaast het veiligheidsperspectief aan: lagere aanschafkosten voor nieuwe auto's zouden ertoe leiden dat mensen hun oude, onveilige auto's eerder vervangen, met als gevolg veiliger verkeer. De administratie kijkt ook naar flexibiliteit in productaanbod, bijvoorbeeld door de toelating van kleine 'kei cars' uit Japan te overwegen, al bestaan daar nog veiligheidseisen.
De stap is bedoeld als tegenreactie op wat de regering ziet als een beleidsrichting die de verbrandingsmotor en de traditionele Amerikaanse autokultuur marginaliseert. In Europa — en specifiek in Nederland — worden belastingen, milieu-eisen en stimulans voor elektrische voertuigen in het artikel aangehaald als redenen waarom particuliere auto’s daar veel duurder zouden zijn en de industrie onder druk staat.
Tegelijkertijd wordt de maatregel niet onomstreden: milieu- en klimaatorganisaties waarschuwen dat versoepelde normen leiden tot meer brandstofverbruik en hogere CO2-uitstoot, en critici wijzen op klimaatdoelstellingen die daardoor onder druk kunnen komen te staan. Fabrikanten krijgen echter meer ruimte in modellijn en kostenniveau, wat kan betekenen dat consumenten tijdelijk meer keuze en lagere prijzen zien.
Kortom: Washington kiest nu expliciet voor minder strikte zuinigheidseisen om betaalbaarheid, industrieflexibiliteit en veiligheid als argumenten te benadrukken, terwijl tegenstanders vooral wijzen op de mogelijke negatieve gevolgen voor het klimaat.