Een vrouw als Monique van de Ven
In dit artikel:
De nieuwe docu/drama over actrice Monique van de Ven heeft een opmerkelijke titel — een knipoog naar ’Een vrouw als Eva’ — maar die verwarring doet geen afbreuk aan de kern: het is een intiem portret van één van de bekendste gezichten uit de Nederlandse film. Van de Ven wordt wederom gepresenteerd als de natuurlijke, onweerstaanbare ster die zij in klassiekers als Turks Fruit (met Rutger Hauer), Iris, Mira, Grijpstra en de Gier en Het jaar van de Kreeft was; zelfs in minder goede producties blijft haar aanwezigheid overeind.
In de Nederlandse filmgeschiedenis hoort Van de Ven tot de zogenoemde “Grote Drie” naast Renée Soutendijk en Willeke van Ammelrooij. De maker benadrukt dat Van de Ven en Van Ammelrooij vooral uitblinken door een rauw, onopgesmukt acteertalent dat niet door training alleen teweeggebracht kan worden. Tegelijk wordt er kritisch opgemerkt dat sommige collega’s — zoals Soutendijk — als minder natuurlijk overkomen; die observatie wordt in de tekst met verwijzing naar eerdere commentaren onderschreven.
Het stuk plaatst ook een kanttekening bij publiekscijfers uit latere jaren: succes en bezoekaantallen van Verhoevens oeuvre blijven opvallend hoog, maar promoties en acties hebben soms voor vertekende statistieken gezorgd. Dat relativeert de invloed van commerciële praktijken op het publieke beeld van filmsucces.
Wat de film zelf betreft: het is een klein, enigszins gekunsteld portret — een bewegende selfie, zoals de auteur het noemt — dat vooral charmeert door vertrouwdheid. Met de sfeervolle soundtrack van Iris en beelden van Van de Ven rijdend door het Franse platteland voelt de film aan als een warm weerzien met een geliefde filmheldin, niet méér en niet minder.