Een eeuwenoud kerkje slopen in Moerdijk, mag dat zomaar?
In dit artikel:
„Schandalig”, aldus Moerdijker John van Hal, over het voornemen van de gemeente om het dorp deels te laten verdwijnen om ruimte te maken voor uitbreiding van (energie)bedrijven. Deze week heeft het gemeentebestuur bewoners laten weten geen andere optie te zien dan grootschalige sloop, waarbij honderden panden zouden verdwijnen — onder hen het hervormde kerkje aan het Wilhelminaplein uit 1815, dat nog in gebruik is en de status van rijksmonument draagt.
Dolf Muller van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed benadrukt dat rijksmonumenten in Nederland (ongeveer 63.000) een beschermde positie hebben, maar niet absoluut onaantastbaar zijn. In uitzonderlijke gevallen kunnen grotere maatschappelijke of infrastructurele belangen zwaarder wegen; als voorbeeld noemt hij de aanleg van de Betuweroute, waarbij enkele monumentale boerderijen werden gesloopt na een tracébesluit. Voordat het Moerdijkse kerkje afgebroken zou worden, moet de gemeente advies inwinnen bij de Rijksdienst, en een daadwerkelijke uitvoering ligt waarschijnlijk nog jaren in de toekomst.
Verplaatsen van monumenten komt volgens Muller zelden voor — hij kent slechts twee gevallen in zijn dertigjarig dienstverband, onder meer een monumentaal woonhuis in Amersfoort dat voor een spoorverbreding verplaatst werd. Technisch verplaatsbare oplossingen zijn mogelijk maar vaak kostbaar en complex; bovendien rijst de vraag naar een geschikte nieuwe locatie en afstemming tussen betrokken partijen. Kortom: er staat veel op het spel tussen ruimtelijke ontwikkeling en behoud van cultureel erfgoed, met langdurige procedures en lastige afwegingen in het verschiet.