'Duimnageltje' werpt nieuw licht op evolutionair succes muizen en ratten
In dit artikel:
Van muizen tot eekhoorns: een klein nageltje op de duim blijkt mogelijk cruciaal voor het evolutionaire succes van knaagdieren. Een internationaal team van zoogdieronderzoekers — waaronder wetenschappers van het Field Museum of Natural History in Chicago — publiceerde donderdag in Science een studie waarin zij concluderen dat het platte duimnageltje veel knagers helpt voedsel vast te houden en fijnhandig te hanteren. Waar vroeger werd gedacht dat het nageltje een nutteloos overblijfsel was, kan het volgens de onderzoekers hebben bijgedragen aan het vermogen van knaagdieren om noten, zaden en ander hard voedsel te verwerken en daardoor uiteenlopende leefgebieden te koloniseren.
Voor de analyse onderzochten de onderzoekers meer dan vierhonderd in musea (VS, Brazilië, VK) bewaarde en opgezette exemplaren. In ruim 86 procent van de gevallen bleek een platte duimnagel aanwezig; sommige soorten hebben juist gebogen duimklauwen of geen verharding. Vergelijking met gegevens over dieet en habitat liet zien dat soorten met platte duimnagels vaker boven de grond of in bomen leven, terwijl soorten met duimklauwen vaker ondergronds graven en minder precisiewerk met hun voorpoten uitvoeren.
Paleontoloog Lars van den Hoek Ostende (Naturalis), niet betrokken bij de studie, benadrukt dat zaden en noten energetisch belangrijk zijn en dat het nageltje samen met tanden en poten vormt wat knaagdieren zo succesvol maakt. De studie suggereert dus dat dit kleine anatomicale detail een belangrijke rol speelde bij de enorme diversificatie van knaagdieren — ruim 40 procent van alle zoogdiersoorten.