Drainaigepijpen en de juiste mannetjes kennen: hoe krijg je een polsstok de wereld over?
In dit artikel:
In Tokio, waar vanmiddag de WK-finale polsstokhoogspringen plaatsvindt met onder anderen Menno Vloon en favorit Armand Duplantis, valt één logistieke realiteit meteen op: die lange, fragiele stokken zijn logistiek minstens zo belangrijk als de springsprongen zelf. Polsstokken meten rond de 4,5 meter en elke atleet neemt doorgaans acht à negen exemplaren mee; ze zijn persoonlijk afgestemd op techniek en voorkeur en kunnen niet zomaar vervangen worden.
Rens Blom, oud-wereldkampioen en nu coach en dealer van stokken, schetst de praktische problemen: luchtvaartmaatschappijen en luchthavens hanteren strikte regels, oversized bagage heeft limieten en standaardafmetingen op Schiphol dekken stokken vaak niet. Daarom zoeken springers alternatieven — vliegen via andere luchthavens (Eindhoven, Brussel, Düsseldorf), met de auto reizen tot duizend kilometer, of veelal vooraf afspraken maken met maatschappijen. Vloons management en de Atletiekunie begonnen al vroeg met het regelen van vervoer naar Tokio, zodat hij zich niet druk hoefde te maken.
Een beproefde manier om stokken te beschermen is vervoer in harde drainagebuizen: licht, oersterk, vanbinnen glad en van buiten geribbeld, met een extra tas eromheen. Zo’n set weegt samen zo’n dertig tot veertig kilo. Blom illustreert dat materiaal extreem robuust kan zijn — zelfs nadat buizen van het dak vielen en er een auto overheen reed, bleven de stokken intact.
De polsstokgemeenschap houdt elkaar op de hoogte: lijsten met werkbare routes, geschikte maatschappijen en vliegtuigtypes circuleren onder atleten en begeleiders. Soms worden creatieve noodoplossingen toegepast — stokken in de cabine schuiven of medewerkers op luchthavens persoonlijk benaderen — maar die brengen risico’s en ongemak met zich mee. Alleen in uitzonderlijke gevallen, zoals na een wereldtitel, blijken voorziene regels plotseling soepeler te worden: Blom noemt een situatie waarin KLM na een kampioenschap wel meewerkte.
Kortom: achter elk indrukwekkend sprongmoment schuilt een zorgvuldige logistieke operatie. Zonder goede planning en de juiste verpakkings- en vervoersafspraken kunnen de beste stokken niet op tijd of ongeschonden op een WK verschijnen — iets wat voor springers even belangwekkend is als hun trainingsarbeid.