Dit kleine eiland verdient miljoenen met domeinnaam op internet: bijna evenveel als met toerisme
In dit artikel:
Het kleine Caribische eiland Anguilla verdient dit jaar onverwacht goed aan de wereldwijde hausse rond kunstmatige intelligentie door zijn landcode .ai. De tweeletters-extensie, in de vroege internetjaren aan Anguilla toegewezen, is inmiddels gezocht digitaal vastgoed geworden nu bedrijven en start-ups AI-gerelateerde domeinen willen registreren.
De vraag naar .ai-adressen is de afgelopen jaren explosief gestegen: van minder dan 50.000 in 2020 naar ruim 850.000 nu — een meer dan tienvoudige toename in vijf jaar en een verdubbeling in het afgelopen jaar, volgens tellers voor domeinnaamregistraties. Bekende kopers illustreren de trend: HubSpot-medeoprichter Dharmesh Shah betaalde dit jaar 700.000 dollar voor you.ai vanwege plannen voor een AI-product.
Financieel levert dat Anguilla stevige opbrengsten op. In 2024 bracht de verkoop van .ai-domeinen 105,5 miljoen Oost-Caribische dollar (ongeveer 33 miljoen euro) op; dat was bijna een kwart van de totale inkomsten volgens de conceptbegroting voor 2025, tegen ongeveer 37% voor toerisme (IMF). Basisregistraties kosten naar verluidt zo’n 150–200 dollar per twee jaar; populaire korte namen worden geveild en kunnen honderdduizenden dollars opleveren, terwijl verlengingskosten vaak gelijk blijven voor alle domeinen.
Om de groei te beheersen en risico’s zoals stroomuitval of orkanen te beperken, sloot Anguilla eind 2024 een vijfjarig contract met het Amerikaanse Identity Digital. Dat bedrijf host nu .ai-domeinen op een wereldwijd servernetwerk in plaats van op het eiland zelf.
De ontwikkeling toont hoe kleine landen digitale troeven kunnen verzilveren: Anguilla beperkt daarmee haar afhankelijkheid van toerisme, dat kwetsbaar is voor orkaan- en klimaatrisico’s, en creëert een duurzame inkomstenstroom via een internationaal gewilde ccTLD. Vergelijkbare voorbeelden zijn .io en .tv, waar kleine jurisdicties ook profijt trokken van technologische trends.