Dit is waarom luitenant-generaal Elanor Boekholt-O'Sullivan de Aletta Jacobsprijs krijgt

dinsdag, 30 september 2025 (14:59) - Dagblad van het Noorden

In dit artikel:

Elanor Boekholt-O’Sullivan, de eerste vrouwelijke luitenant‑generaal van de Nederlandse krijgsmacht, ontvangt in maart 2026 de Aletta Jacobsprijs van de Rijksuniversiteit Groningen. De RUG reikt deze tweejaarlijkse prijs uit aan vrouwen die zich bijzonder inzetten voor emancipatie; de jury waardeert vooral hoe Boekholt-O’Sullivan zich staande houdt in de mannenwereld van Defensie terwijl ze trouw blijft aan zichzelf.

Haar loopbaan bevat verschillende baanbrekende stappen: in 2016 werd ze als kolonel commandant van vliegbasis Eindhoven — de eerste vrouw in die functie en de tweede commandant zonder vliegerachtergrond — en in 2022 werd ze bevorderd tot luitenant‑generaal, de eerste vrouw in die rang. In 2023 werd ze uitgeroepen tot Topvrouw van het Jaar.

Boekholt-O’Sullivan heeft concrete veranderingen binnen Defensie doorgevoerd om het werk voor vrouwen veiliger en gelijkwaardiger te maken. Onder haar leiding zijn speciaal op vrouwenlichamen ontworpen scherfvesten aangeschaft; het eerste exemplaar werd gepresenteerd op de kazerne in Soesterberg, met een bestelling van 1.500 stuks en een optie op 700 extra. Daarnaast introduceerde zij de mogelijkheid voor vrouwen om een jurk te dragen als onderdeel van het dagelijks uniform en pleit zij voor meer gelijkwaardigheid binnen Europese strijdkrachten.

Juryvoorzitter Marie‑José van Tol prijst haar vermogen om met humor culturele knelpunten binnen Defensie aan de orde te stellen, en noemt haar een inspirerend rolmodel dat verbinding zoekt met de buitenwereld. De RUG maakte de toekenning op 30 september bekend, bewust gekozen omdat die datum samenvalt met de geboortedag van Wilhelmina Drucker (1847), een vroeg twintigste-eeuwse voorvechtster van vrouwenrechten — een historisch spoor dat de universiteit koppelt aan Aletta Jacobs en aan Boekholt‑O’Sullivan.

Veiligheid van vrouwen is voor Boekholt‑O’Sullivan een belangrijk motief: “Vrouwen zijn ons dierbaar,” zegt ze, en dat vraagt volgens haar om maatschappelijke en institutionele actie zodat vrouwen ook in Nederland veilig over straat en thuis kunnen zijn.