Deze mannen werken wél in de kinderopvang: 'Laat mij maar knutselen en knuffelen'
In dit artikel:
In de Nederlandse kinderopvang is het aandeel mannen met ongeveer 6 procent zeer laag, ondanks een groot personeelstekort en de verwachte toename van behoefte door plannen voor vrijwel gratis opvang in 2026. Op veel opvanglocaties telt men slechts enkele mannen, vooral bij de opvang van jonge kinderen tot vier jaar zijn zij zeldzaam. Kinderopvang Struin in Nijmegen vormt een uitzondering met circa 40 procent mannelijke medewerkers, mede dankzij het buiten zijn in de natuur, wat mannen aantrekt.
De schaarste aan mannen wordt toegeschreven aan stereotype beelden dat kinderzorg een vrouwentaak is, de conservatieve Nederlandse cultuur, en het blijvende stigma rondom mannen in de kinderopvang na misbruikschandalen zoals die van Robert M. in 2010. Dit maakt het voor mannen moeilijk zich vrij te voelen binnen het beroep en ontmoedigt potentiële kandidaten. Daarnaast voelen ouders soms terughoudendheid ten opzichte van mannelijke medewerkers, wat het aannemen ervan bemoeilijkt.
Organisaties hanteren strenge maatregelen ter bescherming, zoals het vier-ogenprincipe en screening op strafbare feiten, om het vertrouwen van ouders te vergroten en misbruik te voorkomen. Jongeren zoals Enrico Driessen volgen opleidingen tot pedagogisch medewerker en willen juist op babygroepen werken, hoewel zij tegenwoordig nog vaak de uitzondering zijn.
Mannen ervaren het werk als waardevol en verrijkend. Zij brengen een andere dynamiek en fungeren als positieve rolmodellen voor kinderen, aldus regiomanager Petra Willemsen en belangenbehartiger Gjalt Jellesma. Er is behoefte aan meer gerichte werving en onderzoek naar het aantrekkelijker maken van de sector voor mannen, onder meer door het verbeteren van het imago en het benadrukken van de professionaliteit van het beroep.
Ervaren mannen zoals Marco van den Bogaard (60) en Wouter Kaptein (40) delen dat zij ondanks argwaan soms als enige man in de groep werken en de betekenis van hun rol zien, bijvoorbeeld als stalend voorbeeld voor diverse gezinsvormen met alleenstaande of lesbische moeders. Zij benadrukken het belang van transparantie, open communicatie met ouders en het doorbreken van vooroordelen.
Kortom, hoewel mannen schaars zijn in de Nederlandse kinderopvang, wordt hun aanwezigheid gewenst en zelfs noodzakelijk geacht om de sector te verrijken en het groeiende personeelstekort op te vangen. Obstakels als cultuur, wantrouwen en imago staan een bredere instroom in de weg, maar initiatieven en persoonlijke verhalen tonen een voorzichtig eerste beweging richting verandering.