Denzel Dumfries grijpt opnieuw hoofdrol op teleurstellende avond: 'Die botsing met een reclamebord deed wel even pijn'

In dit artikel:

Oranje ging teleurgesteld, maar niet in paniek, de kleedkamer in na het 1-1 gelijkspel tegen Polen in De Kuip. Aanvoerder Denzel Dumfries erkende dat het resultaat tegenviel — “Dit kan een keer gebeuren” — maar stelde dat het team goed speelde en simpelweg kansen had moeten afmaken: “We hadden de 2-0 moeten maken.” Door het puntenverlies is de weg naar het WK iets minder zorgeloos en blijft de groepsranglijst relevant.

Dumfries wees op het gevaar van tegenstanders met spelers op topniveau die een wedstrijd kunnen doen kantelen. De tegengoal kwam na een corner, een scenario waar Oranje nadrukkelijk op had geoefend; juist die dode bal moest gevaarlijker worden en was gedeeltelijk oorzaak van het ongelukkige einde. De verdediger van Internazionale scoorde zelf de 1-0 — zijn elfde interlandgoal in 66 wedstrijden — en raakte bij zijn kopbal even het reclamebord.

De wedstrijd werd geplaatst in de context van septemberinterlands, waarbij sommige internationals nog niet op clubritme zijn. Dat neemt niet weg dat Dumfries vindt dat excuses geen plek hebben: de ploeg moet constant zijn in een kwalificatiereeks en snel herstellen. De directe volgende opdracht is zondag in Litouwen, waar volgens hem volle winst nodig is om de goede lijn in resultaten te herstellen.

Buiten het sportieve commentaar vermeldt het bericht dat Dumfries tot de dertig kanshebbers op de Ballon d’Or behoort; hij grapte over kledingadvies en overleg met Virgil van Dijk over deelname aan het gala, afhankelijk van clubschema’s. Concluderend: Oranje toonde spelkwaliteit maar betaalde voor slordigheden bij standaardsituaties — de uitdaging is nu om dat snel recht te zetten in de volgende kwalificatiewedstrijd.