Demissionair kabinet: NAVO-norm naar 3,5 procent, miljarden euro's extra voor defensie
In dit artikel:
Nederland verhoogt het defensiebudget naar 3,5 procent van het bruto binnenlands product (bbp) en wil daarnaast 1,5 procent van het bbp besteden aan gerelateerde zaken zoals cyberveiligheid en infrastructuurverbeteringen die defensie ten goede komen. Dit besluit is genomen door het demissionaire kabinet van VVD, NSC en BBB tijdens de ministerraad en wordt door minister Brekelmans van Defensie als "historisch" bestempeld.
De verhoging sluit aan bij de oproep van NAVO-secretaris-generaal Rutte om gezamenlijk 5 procent van het bbp aan defensie uit te geven, aanzienlijk meer dan de huidige NAVO-norm van 2 procent. Let wel, de financiering van de extra uitgaven, die tussen de 16 en 19 miljard euro per jaar worden geschat, is nog niet vastgelegd en zal door een nieuw kabinet moeten worden bepaald.
Het besluit volgt op bredere politieke consensus binnen Nederland en Europa over de noodzaak om de defensiecapaciteit te versterken vanwege toenemende Russische agressie en verminderde Amerikaanse steun voor de NAVO onder president Trump. Ondanks pittige discussies in de ministerraad, vooral tussen VVD en partijen als PVV en BBB die terughoudend waren vanwege mogelijke bezuinigingen elders, werd het draagvlak vergroot nadat de PVV uit het kabinet trad.
De officiƫle bekrachtiging van de defensieverhoging staat gepland voor de NAVO-top in Den Haag op 24 en 25 juni, waar Nederland als gastland wil uitblinken. Ondertussen is het onduidelijk welke oppositiepartijen de extra uitgaven zullen steunen; GroenLinks-PvdA zwijgt over hun standpunt. Dit besluit weerspiegelt een belangrijke koerswijziging in het Nederlandse defensiebeleid, gericht op versterking van de nationale en collectieve veiligheid binnen de NAVO.