De Paus haalt uit naar moderne ketters: 'Jezus is niet slechts een mens om te bewonderen'

In dit artikel:

Paus Leo XIV heeft in Istanbul, op de vooravond van de herdenking van het Concilie van Nicea (325 n.Chr.), scherp uitgehaald tegen wat hij een “nieuw Arianisme” noemt: een hedendaagse tendens – ook binnen sommige kerken – die Jezus reduceert tot een louter menselijke, morele of politieke figuur en zijn goddelijkheid ontkent. In de Latijnse Kathedraal van de Heilige Geest sprak hij tot bisschoppen en priesters en waarschuwde hij dat het ontkennen van Christus’ goddelijke natuur de kern van het christelijk geloof uitholt.

Hij benadrukte dat het geloof in dialoog moet blijven met de tijdgeest en dat oude formuleringen vertaald kunnen worden naar moderne taal, maar dat de inhoud zelf onveranderd moet blijven. Daarmee plaatste hij zich in directe continuïteit met het Concilie van Nicea, dat 1700 jaar geleden al de goddelijkheid van Christus vastlegde tegen de leer van Arius. Het feit dat de toespraak plaatsvond in een kerk met relieken van Sint Linus – volgens de traditie een opvolger van Petrus – gebruikte hij als symbool voor de ononderbroken traditie en leergezag.

De berichtgeving rondom de toespraak interpreteert de pauselijke waarschuwing als een aanklacht tegen ‘woke’ of progressieve stromingen binnen het christendom en als een signaal aan het geseculariseerde Westen dat religieuze kernwaarheden niet als relatief mogen worden gezien. De publicatie zelf combineerde verslagen van de toespraak met politieke retoriek en oproepen tot actie, onder meer rond abortus, waardoor de religieuze boodschap in een breder cultuurstrijdkader werd geplaatst.

Kort samengevat: in Istanbul hield de paus een duidelijke doctrinale waarschuwing — behoud van Christus’ goddelijkheid staat volgens hem niet ter discussie, ook niet in een veranderende samenleving.