De officieren van justitie die in Italië corruptie-onderzoek naar Shell en Eni deden, zijn nu zelf veroordeeld
In dit artikel:
In een opmerkelijke wending tijdens een van de grootste corruptiezaken in recent verleden, zijn twee Italiaanse officieren van justitie, Fabio De Pasquale en Sergio Spadaro, veroordeeld tot voorwaardelijke celstraffen van acht maanden. Dit gebeurde op dinsdag in Brescia, waar de rechters oordeelden dat de officieren hadden verzuimd een belangrijk ontlastend document in te dienen in de rechtszaak tegen oliebedrijven Shell en Eni. Deze bedrijven stonden onder verdenking van het betalen van meer dan 1 miljard euro aan smeergeld in Nigeria, maar werden in 2021 vrijgesproken omdat de rechters oordeelden dat zij niet verantwoordelijk waren voor het gebruik van het geld door de Nigeriaanse overheid.
De casus draait om olieveld OPL 245, waarvan de exploitatierechten in 2011 werden verworven door Shell en Eni, waarbij een groot deel van de koopprijs ongeoorloofd naar lokale politici en ambtenaren ging. De veroordeling van De Pasquale en Spadaro heeft veel verontwaardiging gewekt, zelfs onder anticorruptie-experts die een open brief ondertekenden, waarin zij de OESO oproepen tot onderzoek naar de 'agressieve aanval' op de officieren. Deze experts vrezen dat deze ontwikkelingen een negatief signaal afgeven voor aanklagers die betrokken zijn bij de bestrijding van internationale corruptie.
De Italiaanse premier Giorgia Meloni heeft zich eerder in het debat gemengd, terwijl De Pasquale gedurende zijn carrière bekend stond om zijn strijd tegen corruptie, waaronder onder andere zaken tegen politieke figuren en de maffia. Na hun veroordeling zullen beiden nu minder invloedrijke rollen vervullen binnen het gerechtelijk systeem.